"Volgens de geschreven bronnen stond in Delphi bij de toegang tot het orakel de inscriptie‚ ken uzelf’ en ‘alles met mate‘. Ja, ja – wie of wat ben ik? De oude vraag. We maken ons er ons hele leven druk om, soms meer en som minder. Ik heb die vraag nodig om zeker van mijzelf te zijn, en het antwoord erop noemen we in het algemeen Identiteit. Temeer omdat ik mijzelf alleen in een relatie kan beschrijven (precies wie of wat), in relatie met mijn omgeving. Onvoorstelbaar hoe in vrede de mens zou zijn, als die zou overgaan tot eenheid met zijn omgeving: met de ‘natuur’? We weten echter dat hoe je identiteit ook beschrijft het onafwendbaar een onderscheid inhoudt, een vermenging van attributen, die mij onderscheiden van mijn omgeving en mijn medemens. En om het perspectief van deze gebeurtenis vast te houden, blijf ik me voor dit moment bezighouden met mijn medemens.
Ik beschrijf alle anderen op dezelfde manier zoals ik mijzelf pleeg te omschrijven; en omgekeerd wordt ik onophoudelijk beschreven door die anderen. Wat er uit dit proces voortkomt, heb ik zelden in de hand. En omdat we steeds opnieuw vereenvoudigingen nodig hebben om grip op het leven te kunnen houden, ontstaan groepsidentiteiten die politiek bedrijven als onderdeel van het georganiseerde gemeenschappelijk leven: man, vrouw, zwart, ziek, gezond of zelfs ‘van hier’ of ‘niet van hier’ en ga zo maar door. Maar we weten nu dat een aanzienlijk aantal mensen zich van binnen diep beroerd voelen over deze oppervlakkige groepsidentiteiten, en dat ze er de facto depressief van worden.
Kan een politiek van identiteit mensen ook losmaken van de toewijzing van ‘hun attribuut’ en zouden we tegelijkertijd toch te organiseren blijven? Zou het onze redenen waarom wij deze toeschrijvingen nodig hebben nader onderzoeken en ons alternatieven kunnen bieden? Kunst kan in deze politiek een centrale rol spelen, omdat kunst altijd al de schijnbare gevestigde voorwaarden geanalyseerd heeft en daaruit nieuwe heeft geconstrueerd."
- Stefan Pente en William Wheeler
Stefan Pente en William Wheeler doen op deze avond Me, and the Face of the Indian precies dat! Ze treden op met video, teksten en muziek en geven een samenvatting van hun onderzoek naar deze oppervlakkige samenlevingen en de fatale en traumatische gevolgen, die voor bepaalde individuen puur op grond van hun classificatie in een bepaalde groep kunnen ontstaan.
Zoals als al duidelijk is uit de titel doen ze dat met behulp van een groep, die niet alleen overal de harten van kinderen harder laat slaan – het hele “één met de natuur” idee, dus de Indiaan. Een naam wordt verondersteld te verwijzen naar de identiteit van de houder. Al sinds de tijd van Columbus is het echter duidelijk dat alles begon met een groot misverstand: de Indianen waren geen Indiërs, helemaal niet.
Wordt je een Indiaan of ben je een Indiaan? Voor wie is het aanlokkelijk om een Indiaan te zijn en voor wie is het vreselijk? Pente en Wheeler zijn niet zozeer bezig met de specifieke kenmerken van de „Native American“ of een arty politieke correctheid, want ze nemen hun eigen foto’s van Indianen als voorbeeld en ontcijferen ze als het opvoeren en de consumptie van de exotische ander. Terwijl ze ‘ze’ pakken als potentieel voor henzelf. We kunnen de lasterlijke beelden niet ongedaan maken of ze terugnemen, maar we hebben wel invloed op het gebruik, hun reproductie en contextualisering. En onder deze omstandigheden kunnen we misschien toestaan ze wederkerig te verwerpen en uit elkaar te halen. Hoe!
Bij de in Berlijn woonachtige kunstenaars Stefan Pente (1964, Zwitserland) en William Wheeler (1978,Virginia, USA) staat in hun individuele werk en in hun samenwerkingen de identiteits politiek centraal . Ze brengen de zichtbare en ook onzichtbare manifestaties en vertakkingen daarvan tot leven in woord, beeld en geluid. Een centraal concept is het onderzoek naar beelden van het lichaam, de impact en gebruikt ervan in relatie tot de productie en de voorstelling van identiteit.