Beyond the black box and the white cube
In deze bijzondere editie van Talk of the Town stond de vraag centraal of cultuurgebouwen aantrekkelijker, laagdrempeliger en veelzijdiger gemaakt kunnen worden. Het thema bleek in trek en met een opkomst van ruim 300 mensen bleek de keuze voor de Grote Zaal van pakhuis de Zwijger een gelukkige.
Sandra den Hamer (directeur EYE Filminstituut Nederland) en Patrick van Mil (zakelijk directeur Stedelijk Museum) openen binnenkort hun nieuwe musea. Moderator Ruben Maes besprak met hen de mogelijkheden van hun nieuwe onderkomen. Mels Crouwel (architect van het nieuwe Stedelijk Museum) reageerde op de ambities vanuit de architectuur. Het slotwoord werd uitgesproken door Maarten Kloos (ARCAM).
Het vernieuwde cultuurgebouw
Het thema van die avond werd inhoudelijk geïntroduceerd door Johan Idema (LAgroup), die samen met Roel van Herpt de auteur is van het boek Beyond the black box and the white cube. Idema presenteerde het publiek het Alice Tully Hall in New York, voor en na de metamorfose en duidde de veranderingen die het had ondergaan.
Beyond the black box and the white cube
Meest opvallend was de op straatniveau geopende foyer, met de trappen aan de buitenzijde. De beelden toonden de trappen in de functie van tribunes, vol publiek kijkend naar een performance, waarvan ook de bezoekers van het restaurant konden genieten vanwege de wand van glas. Conclusies: zorg in een cultuurgebouw voor transparantie, maar wel in combinatie met programmering en betrek publiek bij het werk van het cultuurgebouw, zorg voor verblijfskwaliteit.
Een reeks beelden van al dan niet gerealiseerde cultuurgebouwen illustreerden Idema’s strategieën voor vernieuwing: Gebruik het gebouw om uit te dragen wat er binnen gebeurt, gebruik de omgeving als culturele etalage, toon aan de buitenwereld wat je binnen hebt én hoe het bedrijf functioneert, verleid bezoekers om langer te blijven en voeg meer functies toe aan de instelling.
Als reden voor deze urgente ambities werden de veranderingen in de (digitale)wereld, bij het publiek, in het beleid en in de architectuur genoemd.
De foyer werd gelanceerd als De Nieuwe Zaal, met het advies deze goed te faciliteren voor debatten, feesten, gesprekken, exposities en dergelijke.
Uit de reeks lessen die Idema trok, bleven de volgende het meest hangen: een cultuurgebouw vernieuwen betekent dat de organisatie van de instelling moet worden vernieuwd – het gebouw is slechts een middel – en bewaak het samenspel van architectuur, programmering en marketing.
EYE Filmsinstuut
Sandra den Hamer meldde direct bij opkomst breedlachend dat ‘haar’ gebouw op alle genoemde criteria scoorde. Zij stelde bovendien dat als zalen vanwege hun functie dicht moeten zijn, het gebouw natuurlijk wel een open karakter kan hebben. In een gesprek werd aangevuld dat de aansluiting op de omgeving verbeterd zou kunnen worden – Projecties buiten? Trailers? Is programmeren op het dak mogelijk? De Hamer had als repliek dat buitenprojectie leuk is maar geen doel op zich en dat zij niet voorbij wil gaan aan de primaire functie van EYE.
Het, nu nog zwarte en straks witte, gebouw is de landmark voor het zich ontwikkelende gebied erachter en eenmaal binnen biedt een lange trap bezoekers zicht op het IJ. Het werk in de cabines is zichtbaar en kan zelf worden ervaren in het FilmLab, overdag zijn scholieren en worden workshops gegeven, ’s nachts zal het stralen.
Stedelijk Museum
Voor de toetsing van Idema’s betoog aan de praktijk van het Stedelijk Museum namen Patrick van Mil en Mels Crouwel plaats op het podium.
Van Mil noemde allerlei mogelijke functies in en om het toekomstige gebouw (films tonen, debatten houden, groepen ontvangen, eten en drinken, performances organiseren) en vergat nog net niet toe te voegen dat er af en toe ook nog een schilderij getoond kon worden.
In de reeks van Idema vond hij het aspect plek nog wat onderbelicht. Hij was blij dat in reactie op een goed programma van eisen, hun architect (Mels Crouwel) behalve met een architectonisch ontwerp ook met een stedebouwkundige ingreep het plan een flinke stap verder had gebracht. Met de 'badkuip' komt de ingang van het museum namelijk aan het Museumplein te liggen.
Daarmee opent het deuren naar meer samenwerking met de andere instellingen aldaar. Ook Van Gogh Museum-directeur Axel Rüger juichte dit vanuit de zaal toe.
Receptenboek
Op verschillende momenten op de avond kwamen aanvullingen op de stellingen uit het boek naar voren. Vooral Mels Crouwel toonde zich een voorstander van het behouden van de verschillende sferen van al die cultuurgebouwen in Nederland en sprak de hoop uit dat ze niet allemaal op elkaar zouden gaan lijken.
De eerder genoemde criteria moeten niet klakkeloos gevolgd worden. Het boek is geen receptenboek en bevat geen zaligmakende waarheden. Succesvolle gebouwen worden er als nieuwe standaard gepresenteerd, maar de gebouwen die nu klaar zijn, dateren in idee van zo’n vijftien jaar geleden. De criteria geven het huidige tijdsbeeld weer. Flexibiliteit en veranderbaarheid worden als eisen voor nieuwe en vernieuwende cultuurgebouwen voor nu en de toekomst neergelegd.
Hans Vermeulen van DUS architects verzorgde een intermezzo vol voorbeelden van projecten waarin settings voor interactie met publiek werden gecreëerd. Hij duidde het zelforganiserend vermogen van plekken en manieren om mensen bij elkaar te krijgen. Enkele kreten uit het manifest van DUS: Design by doing, Be personal, Play the City, Smile!
Ten slotte
Maarten Kloos (ARCAM) benutte zijn slotwoord om het boek Beyond the black box and the white cube neer te zetten als een mooie catalogus van mogelijkheden. Hij onderstreepte de eerder genoemde kritiek en waarschuwde voor nieuwe dogma ’s. Ook hij maakte attent op het belang van flexibiliteit en verankering in de omgeving.
Om deze normen te onderstrepen volgde een sportmetafoor, een anekdote over het advies om voetballers in plaats van op duurvermogen en techniek te laten trainen op het zo lang mogelijk volhouden van wendbaarheid. Dit zou hij ook culturele instellingen willen adviseren.
Naam en adres van zijn favoriete museum wilde Kloos overigens niet geven: “Er komt geen hond en dat wil ik graag zo houden! “
verslag: Maaike Behm (ARCAM)
Deze speciale editie van Talk of the Town was een samenwerking van ARCAM, LAgroup en Pakhuis de Zwijger.