Aan de mysterieuze beeldtaal van Helen Verhoeven gaat altijd een uitgebreid onderzoek vooraf, dat iedere historische of culturele grens ontstijgt. Zo beroept zij zich op klinische studies, persoonlijke interviews, (natuur-)historische archieven, het Internet, de geschiedenis van de schilderkunst, en, recentelijk, heiligenverhalen. Verhoevens seculaire studie naar de Christelijke heiligen opende een scala aan bronnen: van Outsider Art en Siennese icoonschilderkunst tot bijbelillustraties. Verhoeven combineert dit soort beelden associatief met moderne beelden uit kranten, tijdschriften, natuurdocumentaires en zelfs poppentheater. Met gebruik van computer of handgemaakte maquettes creëert zij vervolgens zeer eigen, vernieuwde versies van gecanoniseerde figuren of fenomenen, waar ook ruimtelijke experimenten een rol spelen.
Verhoeven schilderde haar voorstellingen eerder in series, met verschuiving van perspectief. De aandacht van Helen Verhoeven voor de vroeg middeleeuwse schilderkunst, waarin perspectief grotendeels ontbreekt, heeft geleid tot de samenkomst van verschillende vormen van ruimtelijkheid en perspectief in individuele werken. In maquettes of “diorama’s” manipuleert zij schaal en verdraait ze perspectief. Vaak geven de schilderijen daardoor een vervreemdend beeld, waarin ruimtelijkheid en tijd niet lijken te kloppen, waarin alles mogelijk lijkt.
Veel is mogelijk bij Helen Verhoeven. In wisselend perspectief en met talloze referenties geeft The Beautiful Many ons raadselachtige beelden, variërend van verlaten landschappen tot dicht samengeschoolde mannen, vrouwen, bikinimeisjes of dieren. Vaak is er een suggestie van beweging, ingegeven door watervallen, golven en processies. Ook geeft elk beeld aanzetten tot een verhaal. Verhoevens bewegingen en verhalen zijn echter verstild, teruggebracht tot een moment van contemplatie. Wat wij aanschouwen is een periode van overgang, waarin groepen of verschijnselen lijken te anticiperen op een volgende beweging. Verhoeven wijst ons zo op zeer elementaire handelingen: wachten, gaan, zelfs leven, dood – even tijdloos als universeel. Dit zijn de bewegingen van de mens, de geschiedenis en de natuur.
Helen Verhoeven geeft de toeschouwer allerminst eenduidige beelden. Haar vrije gebruik van zowel onderwerp als tijd- en ruimte-elementen creëert een distantie tot de voorstelling dat de aandacht trekt. In een sfeer van eindeloosheid zijn de afgebeelde fenomenen bekend of herkenbaar, maar niet direct te begrijpen. De kijker wordt genodigd te associëren, zoals ook de kunstenares zelf te werk ging. Binnen de verstilling die Verhoevens schilderijen uitbeelden en oproepen is dat een genot.