In EYE zijn acht nieuwe Italiaanse producties te zien. Op het programma staan debuten en tweede films van makers die buiten Italië (nog) weinig bekendheid genieten. In hun films wordt het hedendaags Italië onder de loep genomen, waarbij de toon varieert van uitgesproken komisch tot maatschappijkritisch-met-een-knipoog. Ook dit jaar is er weer aandacht voor in Italië lastig bespreekbare onderwerpen als homoseksualiteit (Viola di mare, Diverso da chi?) en de terreur van de maffia tegen gewone burgers (La siciliana ribella). Regisseur Marco Pontecorvo richt de blik naar buiten en filmde een aangrijpende vertelling over de straakinderen van Boekarest, de ‘boskettars’ (Pa-ra-da).
New Italian Cinema, 6 t/m 12 mei
Italiaanse cinema uit 1960
Aansluitend op New Italian Cinema Events besteedt EYE elk jaar aandacht aan de rijke historie van de Italiaanse cinema, door terug te blikken naar films van vijftig jaar geleden.
Het jaar 1960 blijkt een belangrijke overgangsperiode in de Italiaanse cinema: de invloed van het maatschappijkritische neorealisme (Roberto Rossellini, Vittorio De Sica, Alberto Lattuada) begon te tanen. Filmmakers kozen voor meer persoonlijke films, vaak opgenomen in de studio, met meer ruimte voor fantasie, humor en psychologie. In 1960 kwam Luchino Visconti’s aangrijpende familiegeschiedenis Rocco e i suoi fratelli in de bioscopen evenals het nu vrijwel vergeten La ragazza in vetrina van Luciano Emmer, dat op de Amsterdamse wallen speelt en waarvoor Pier Paolo Pasolini optrad als coscenarist. In datzelfde jaar waren films van Luigi Comencini (Tutti a casa) en Vittorio Zurlini (La ragazza con la valigia) te zien evenals Mario Monicelli’s zwarthumoristische kijk op de Eerste Wereldoorlog, La grande guerra, die vorig jaar werd gerestaureerd.
Italiaanse cinema 1960, 13 t/m 19 mei