Wolf onderzoekt de underground cultuur van dichters, artiesten en filmmakers die regelmatig met Warhol in aanraking kwamen. Ze beweert dat Warhol de literaire verbeelding van zijn generatie snapte en dat het snappen van Warhol's eigen verbeelding cruciaal is in het proberen te snappen van zijn kunst.
Wolf gebruikt hiervoor een schat aan ongepubliceerd materiaal, waaronder interviews, prive en publieke archieven, en kunstwerken. Ze bewijst hiermee dat Warhol's wisselwerking met schrijvers functioneerde als een soort uitgebreid gesprek en dat je hieruit kan afleiden welke impact deze wisselwerking op zijn werk heeft gehad. In het algemeen geeft Wolf een nieuwe en verfrissende kijk in Andy Warhol's kunst en ze herformuleert de mythe die er om zijn persoon heerst.