Door de splitsing in twee helften doet deze verschijning denken aan Tw'o-Face, een andere vijand van Batman. Maar Two-Face is een enkelvoudige figuur, wiens gezicht verscheurd is door de twee extreme kanten van zijn karakter. Eén kant van zijn gezicht is door het slechte in hem verw'rongen tot een wrede grimas, terwijl de andere kant wordt beheerst door de zalvende blik van het goede in hem. De hybride uit de clip van Prince is daarentegen samengesteld uit twee verschillende figuren. Toch is hij niet het gevolg van een samenvoeging. Eerder is het andersom: Batman en de Joker zijn afsplitsingen van dit hybridische wezen. Dit wezen is dan ook de eerste die in de clip verschijnt. Maar daarvoor nog zien w'c Prince, in gedachten verzonken, omringd door zijn apparatuur. Halflang loshangend haar, zwarte kleding, een gitaar op zijn rug geschoven. Geen opsmuk.
De popzanger concentreert zich (wacht hij op inspiratie?). Stilte. Plotseling verschijnt het Batman- teken ergens hoog in de studio- ruimte. Of nee, het is de inversie van het Batman-teken: de omgeving van het vleermuislogo is zwart en in dat zwarte kader zie je een beeldscherm met sneeuw. Dit ruisende beeld is maar een fractie van een seconde te zien en maakt plaats voor het hybridische wezen dat brutaal de studio inkijkt. Onmiddellijk schakelt Prince zijn apparatuur aan, alsof dat de manier is om met het wezen in contact te blijven. De muziek stelt het wezen in staat de studio te betreden en bij de landing hebben zijn twee helften zich blijkbaar onmiddellijk gekloond, want hij wordt gevolgd door vijf Batmannen en evenveel Jokers.
De Electrische Stoel
De Batmannen en Jokers beginnen elkaar in een dans te bevechten, aangevuurd door de hybride. Het ene moment doet deze mee met de Batmannen, waarbij hij enthousiast met zijn halve cape fladdert, het andere moment danst hij mee met de Jokers. Niet omdat hij twijfelt maar omdat hij het strijdvuur wil aanwakkeren. Don’t stop dancin’! Het is de strijd tussen de donkere burgerwachter en de felgekleurde gevaarlijke gek, tussen de trage spierkracht en de spirituele lichtheid, tussen de Amerikaanse droom en de Amerikaanse nachtmerrie. En het hybridische wezen is het explosieve centrum van deze strijd (zijn rechtopstaande haar lijkt in een state-of-shock te verkeren vanwege de voortdurende botsing tussen de twee lichaamshelften).
Uiteraard wordt het wezen door Prince zelf gespeeld, want hij is juist degene die telkens opnieuw probeert aan te tonen dat er iets bestaat tussen blank en zwart, sex en liefde, mannelijk en vrouwelijk, geweld en tederheid, niet door een slap compromis aan te bieden maar door de extremen zo dicht naast elkaar te plaatsen dat er wrijving ontstaat. Door zelf de hybride te spelen laat hij zien dat hij zowel Batman als de Joker is, dat het wezen een afbeelding is van zijn eigen tegenstrijdigheid. Heeft hij het wezen immers niet zelf opgeroepen? Dat Prince hiermee een gevaarlijk spel speelt, blijkt uit het feit dat de strijd tussen de Batmannen en de Jokers escaleert. Datgene waar de strijd om blijkt te draaien is deelektrische stoel, het symbool van het Amerikaanse recht én onrecht. De Jokers willen doden, de Batmannen niet, en hoe dichter de hybride de elektrische stoel nadert, hoe groter het dilemma en de spanning waaronder hij gebukt gaat. Plotseling ontlaadt hij zijn opgekrop-te energie en reageert zich af op de studio-apparatuur. Hij vloekt en schreeuwt. Turn the music back on!, en schiet een band-recorder aan flarden. Hij keert zich naar de elektrische stoel, drukt op een knop en doet de stoel exploderen. De clip eindigt wanneer de popzanger Prince ingrijpt en het nummer beëindigt met de waarschuwende uitroep: Stop!
Eeuwige Paradox
Met deze clip verbeeldt Prince niet alleen zijn eigen tegenstrijdigheid maar ook die van de videoclip. Iedere clip wordt immers gevoed door het onoplosbare dilemma tussen de videoregistratie en de suggestie dat alles zich live afspeelt. Aan de ene kant wordt hardnekkig vastgehouden aan het in beeld brengen van de fysieke arbeid van de uitvoerende musici, maar tegelijkertijd probeert de clip zich door middel van fiktieve handelingen en locaties zo ver mogelijk te verwijderen van het moment van registratie. Dat levert allerlei halfslachtige oplossingen op: je ziet de band in een café spelen waar zich een fictionele romance voltrekt, of een exotisch verhaal met de bandleden in de hoofdrol is versneden met beelden van de studio-opnames.
In Batdance laat Prince zien dat hij de oorsprong is van alle verbeelding (Anything U’ve ever dreamed of, I’m willing 2 be, zingt hij op de Batman LP). Dc dans tussen de Batmannen en de Jokers vindt plaats in zijn studio, en het is een beetje knullig tonecldansje. Geen spectaculaire filmbeelden, geen exotische locaties of beeldmanipulaties. Gewoon studio-apparatuur, een paar dansers en een beetje rook. Voor fictieve personages hoeft de clip zich niet van de studio te verwijderen, integendeel: de Batman/Joker en zijn gevolg breken in in de studioruimte, aangetrokken door de aanwezigheid van Prince. Oh, I got a live 1 here is de eerste zin van de Batdance. Met deze uitroep kondigt de Batman/Joker zijn bezoek aan Prince aan, alsof het gaat om de laatste levende op aarde. Maar met deze uitroep bespot hij ook de eeuwige paradox van de vidco-clip: een kruising tussen een filmpje en een live-optreden, die geënsceneerd en fictief, maar tegelijkertijd spontaan en live wil zijn.