Berlijn, Europa's creatieve hoofdstad?
Wegens het grote aantal aanmeldingen waren we deze keer in de grote zaal. Niet alleen was Juriaan Benschot aanwezig, schrijver van 'Wonen tussen de anderen', een analyse van de creatieve stad Berlijn. Ook stadsbestuurders uit Warschau, Oslo, Stockholm, Tallinn, Vilnius en Birmingham waren aanwezig, mensen die zich bezighouden met de creatieve industrie in hun stad. Wat maakt een stad creatief en wat moet hier de rol van beleid in zijn? Onder leiding van Bas van 't Wout werden verschillende thema's aangesneden die antwoord moesten geven op deze vraag.
Wonen tussen de anderen
Juriaan Benschot heeft vier jaar lang onderzoek gedaan naar de aantrekkingskracht van Berlijn op creatievellingen. In zijn boek probeert hij de lezer uit te leggen op welke manier Berlijn een creatieve stad is. In Berlijn zijn veel artiesten, veel verschillende artiesten, artiesten van verschillende niveaus en van verschillende nationaliteiten. Door deze poel van diversiteit ontstaat er een 'internationale contest' en de mogelijkheid om je eigen werk te vergelijken met andere artiesten. Samen met de vele galeries, curators en critici ontstaat er een creatieve 'state of mind' die Berlijn aantrekkelijk maakt voor kunstenaars. Deze 'state of mind' is niet zomaar ontstaan maar gaat hand in hand met de geschiedenis van Berlijn. Na de val van de muur in '89 ontstond er een soort vacuüm. Alles moest opnieuw uitgevonden worden en de stad was voor een groot deel leeggelopen nu mensen meer mogelijkheden hadden de stad te verlaten- een gesloten stad werd geopend. Veel nieuwsgierige Europeanen wilden graag een kijkje nemen in deze geopende stad, er waren veel betaalbare woningen op goede locaties, een informeel clubcircuit en overheidsregulering was niet zo streng. Volgens Benschot is dat juist wat een creatieve stad maakt- een grote geschiedenis, er is meer nodig dan alleen een materiële infrastructuur. Elke stad moet zijn eigen geschiedenis gebruiken en benadrukken om een inspiratiebron te worden voor kunstenaars.
"It's an easy city to start, a difficult city to stay"
Maar tijden veranderen, ook in Berlijn. Afgelopen jaar zijn de huren met 15% omhoog gegaan en er is niet genoeg geld om alle artiesten te voorzien van een redelijk inkomen. Vandaar de uitspraak: "It's an easy city to start, a difficult city to stay". Wijken die voorheen bewoond waren door artiesten vanwege de lage huur en het creatieve klimaat lopen leeg vanwege huurverhogingen, het proces van 'gentrification' zorgt ervoor dat steeds meer wijken minder aantrekkelijk worden voor kunstenaars. Maar waar het heen gaat, dat weet niemand. Er komt steeds meer beleid om 'de creatieve stad' te promoten, gezien er veel belangen zijn om gezien te worden als creatief centrum. Voortbouwend op de theorieën van Richard Florida over de creatieve industrie komen er steeds meer stadsbestuurders die deze taak op zich hebben genomen. Deze avond waren er stadsbestuurders uit verschillende Europese steden die verbonden zijn aan het project creative metropoles, die naar Amsterdam zijn gekomen om van elkaar te leren.
Creatieve steden in Europa
Eigenlijk kun je steden niet met elkaar vergelijken. Iedere stad heeft zijn eigen kracht en spirituele ingrediënten zoals Benschot het noemt. Het is eigenlijk een combinatie van veel verschillende invloeden, die op een specifieke bijna onnavolgbare manier met elkaar samenwerken. Zoiets is niet te kopiëren en lastig te beïnvloeden. Toch hebben veel steden een beleid en strategie om zichzelf op de kaart te zetten als creatieve stad. Het blijft eigenlijk de eeuwige discussie dat wanneer je (veel) geld wilt verdienen aan creativiteit, je de creativiteit als snel inperkt. Regelgeving structureert creativiteit waardoor het beter te kanaliseren is en zich beter leent voor businessmodellen en winst maken. Het nadeel is dat creativiteit juist floreert als er geen grenzen of regels zijn die het inperkt. In Amsterdam zijn er bijvoorbeeld meer regels als je het vergelijkt met Berlijn, maar is er meer geld om artiesten te voorzien van financiering. Een stadsbestuurder uit Berlijn benoemde de organische groei van creativiteit die niet gepland is. Beleid kan deze groei beïnvloeden, maar niet plannen- het resultaat is altijd onbekend. Een artiest uit Helskinki sprak zich hier over uit en zei: "the best policy is no policy". In Helsinki werden vrijwel alle vormen van straatkunst verboden door de lokale overheid, momenteel is er een beleid vanuit diezelfde overheid om de stad als creatief centrum op de kaart te zetten en is straatkunst opeens wel weer mogelijk, maar wel binnen de grenzen van de overheid. Het blijft een eeuwig debat tussen beleid en creativiteit.