Joep Leerssen beweegt zich op het raakvlak van literatuur, politieke ideeëngeschiedenis en cultuurgeschiedenis en richt zich met name op de geschiedenis van het nationalisme en de rol daarin van historisch besef.
In zijn cultuurhistorisch werk – het meest recent in National Thought in Europe: A Cultural History (2006) en Imagology (2007) – heeft Leerssen twee benaderingen van het 19de eeuwse cultuurnationalisme verenigd: die van de natie als metafysische eenheid en die van de natie als politieke constructie.
Zijn benadering van de imagologie – het onderzoek naar beeldvorming, nationaal besef en nationale stereotypen – heeft volgens de jury van de NWO-Spinozapremie 2008, een nieuwe kijk op cultureel nationalisme opgeleverd. Culturele uitingen, zoals beeldende kunst, muziek, literatuur, architectuur, zijn daarbij niet slechts een uiting maar centraal onderdeel van het politiek nationalisme.
Nationale bewegingen moeten volgens Leerssen vanuit hun culturele idealen en zelfbeelden worden bestudeerd en niet vanuit hun politieke acties of gevolgen. Vanuit dit model brengt hij nu de betekenis van de 19de eeuwse kijk op de middeleeuwse literatuur voor de Europese natievorming in kaart.
Joep Leerssen studeerde vergelijkende literatuurwetenschap en Engels in Aken en Dublin. Hij promoveerde in 1986 in Utrecht en is sinds 1991 hoogleraar Moderne Europese Letterkunde aan de UvA, waar hij een pionier was van het interdisciplinaire vakgebied Europese Studies.
Meer informatie over Joep Leerssen
Lees hier meer over de NWO Spinozapremie