In elke nieuwsbrief die Netwerk CS tussen 2002 en 2008 verspreidde, werd een directeur geïnterviewd over het diversiteitsbeleid van zijn of haar instelling. De interviews geven een mooi beeld van de ontwikkeling binnen organisaties en in de cultuursector.
november 2006
Aan de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht (HKU) zijn de mogelijkheden legio. Je kunt je onder andere scholen in: klassieke muziek, theatereducatie, event management, urban interior architecture, gamedesign. Binnen al die afstudeerrichtingen kun je ervoor kiezen als student om je interculturele competenties te profileren: via het Centrum van Interculturele Studies kan je die kennis en vaardigheden opdoen. Als directeur van Interculturele studies is Nelly van der Geest reeds 10 jaar verantwoordelijk voor het reilen en zeilen van dit expertisebureau aan de HKU. Daarnaast is zij onderzoeker bij het lectoraat van de faculteit Kunst en Economie. In oktober dit jaar presenteerde ze Dwarspeiling Intercultureel, een bundel van artikelen die ze de afgelopen jaren schreef, gefocused op het thema Intercultureel binnen de culturele sector. Haar missie omschrijft ze zo: Ik ben een vernieuwer, een bruggenbouwer, iemand die ongelijksoortige dingen met elkaar verbindt.
Zijn kunst, cultuur en intercultureel ongelijksoortige dingen?
Tien jaar geleden bestond Interculturele studies nog niet. Men besefte toen wel dat de toekomstige docenten in de kunstvakken die de HKU opleidt te maken kregen met een hele nieuwe multiculturele generatie jongeren. Dat besef en het voornemen om de nieuwe docenten beter toe te rusten heeft er onder andere toegeleid dat intercultureel werd opgenomen in de missiestatement. Ik werd gevraagd om die paragraaf handen en voeten te geven. In eerste instantie was het Centrum voor Interculturele Studies tijdelijk maar na een evaluatie na drie jaar is het een permanent expertise bureau geworden.
Als je nu terug kijkt naar die tien jaar. Wat zijn dan de merites van 10 jaar Interculturele studies?
Intercultureel staat op de agenda. Onze studenten kunnen hun interculturele competenties ontwikkelen en de school ziet diversiteit als iets innovatiefs en uitdagends. Zowel intern als extern wordt er over intercultureel gediscussieerd. Bijvoorbeeld over de vermenging van erfgoed. Een manier om daar naar te kijken is via vergelijkende cultuurgeschiedenis, waarbij ik bijvoorbeeld de Surinaamse muziekband Fra Fra Sound vergeleek met Malinese kunstenaars.
Wat inspireert hen? Wat hebben ze gemeen met elkaar?
Dat is echt een wezenlijk andere benadering, een benadering die gestimuleerd wordt door pioneers zoals bijvoorbeeld Soheila Najand, directeur Interart. Ik ben meer door het theater gevormd. Daar is conflict en daarmee de verschillen de klassieke invalshoek. Wat Soheila en mij bindt ondanks verschil van invalsdhoek is dat Kunst betekenisvol moet zijn en toegankelijk voor iedereen. Met jouw kennis zal het niet moeilijk zijn deze veranderingen in het curriculum van de diverse studierichtingen te bewerkstelligen. Zo werkt het niet. Het is mijn taak om goede voorbeelden op het intercultureel gebied te veroorzaken, op alle vakgebieden, en die te laten zien. De faculteiten moeten het daarna zelf oppikken.
Een goed huwelijk?
Binnen de HKU en de verschillende faculteiten zijn de meningen verdeeld over het nut van intercultureel werken. De een is overtuigd van de noodzaak en de ander denkt: ‘waarom niet gewoon twee generaties wachten. Dan lost het zich allemaal vanzelf op’, Ikzelf betwijfel of het zo gemakkelijk oplost.
Heb je meer kleur in de studentenstroom weten te krijgen?
De HKU heeft er nooit voor gekozen om bij toelating aan positieve actie te doen. Mijn inziens terecht. Op een gegeven moment werd wel duidelijk dat er bij jongeren, met een andere achtergrond dan de Nederlandse, of een mix, nog erg weinig bekend is over opleidingen in de kunst, Ze denken bij kunst altijd aan uitvoerende kunst. En voor hen speelt zeker dat ze er een inkomen mee willen verdienen. Ze weten vaak niet dat je met toegepaste kunst, goed een betaalde baan kunt vinden of je eigen bedrijf kan beginnen. Daarom hebben we het Pitch Junior traject gecreeerd.
In Pitch Junior wordt jong talent vanaf 16 jaar met een multiculturele achtergrond een orientatie aangeboden, waarin ze in met alle facetten van theater en muziek of cultureel ondernemerschap in aanraking komen. Pitch junior wordt door onze studenten uitgevoerd zodat deze studenten hun interculturele competenties kunnen vergroten. Zo snijdt het mes aan twee kanten.
En de doorstroom?
Dat gaat steeds beter, toch blijven we alert op verdere ontwikkelingen. We zagen op onze audities bij de faculteit theater bijvoorbeeld mensen afvallen die ‘klein spelen’. Dit spel, vooral populair bij Aziaten, kenmerkt zich door ingehoudenheid en gelaagdheid. Mijn bijdrage hierin is dan onder andere het voordragen van experts op het gebied van deze theatervorm als lid van de toelatingscommissie. Zo werkt de HKU aan cultureel transparante criteria. Het heeft overigens geen zin om studenten toe te laten op basis van hun kleur, onder het motto van: ‘wij moeten die arme allochtonen gaan redden’. De praktijk wijst keer op keer uit dat studenten uitsluitend op hun kwaliteit willen worden aangenomen.
Dus met de diversiteit in het eigen personeelsbestand zit het wel snor bij de HKU?
Het kan altijd beter. Er is weinig verloop in het personeelsbestand en vaak kwamen nieuwe docenten uit de vrienden- of kennissenkring van de reeds zittende docenten en daar zat weinig kleur bij. Er is ook echt weinig aanbod van gekleurde docenten.Wat ik probeer is om zoveel mogelijk diversiteit te krijgen onder de gastdocenten. Er wordt daarnaast ook veel bewuster gezocht naar nieuwe collega’s.
Wat zijn de nieuwe uitdagingen nu na tien jaar?
Kijk bijvoorbeeld naar de architectuur. Onder de openbare gebouwen maakt de moskee een opmars. Wie ontwerpt en bouwt deze moskeeen? Bijna altijd komt de architect uit de Turkse of Marokkaanse gemeenschap. Wij leiden die mensen nu nog niet op. Ook de omgang van de openbare ruimte is aan het veranderen. Onze stedelijk Interieur architecten zijn goed in de wisselwerking tussen gebruiker en het ontwerp. Voor hen is het belangrijk fingerspitsen gevoel te krijgen voor communicatie met een veelheid aan gebruikers waaronder de allochtone gebruikers. Het is aan ons om een antwoord te vinden op deze en andere nieuwe ontwikkelingen als gevolg van verschuivingen in de samenleving. Intercultureel beleid gaat verder dan huidskleur alleen. Het gaat om het samen opgroeien, samen leven: mainstreaming. Het is onze taak de pioneers van de nieuwe cultuur op te leiden.
Er is onlangs een bundel uitgegeven 'Dwarspeiling Intercultureel', met artikelen die Nelly van der Geest de afgelopen jaren heeft geschreven. 'Dwarspeiling Intercultureel' geeft een goed inzicht in de ontwikkeling van het thema Intercultureel binnen de culturele sector en wil een bijdrage zijn tot een verdere verdieping van het thema in onderwijs en praktijk.
De researchpaper is te bestellen bij marieke.hinzen@central.hku.nl Marieke Hinzen, coordinatie lectoraat Kunst en Economie. De kosten zijn 6 euro excclusief verzendkosten, of op te halen bij de HKU, Lange Viestraat 2b te Utrecht.