Hoe de last kan worden verlicht
Toen ik afgelopen zomer door een van de vele enorme supermarkten liep die tegenwoordig elke kleinere of grotere stad in Groot-Brittannië overheersen, werd mijn belangstelling gewekt door de introductie van persoonlijke scanners voor de klanten, die deel uitmaken van het creditcardsysteem van de winkels. Deze scanners stellen de klanten in staat hun eigen etenswaren in te scannen, waarna ze als ze klaar zijn met hun boodschappen door een speciaal hokje worden geleid. Het systeem heet Shop and Go omdat de klant, in theorie, zo sneller en makkelijker boodschappen kan doen. De introductie van dergelijke technologie komt voort uit de toenemende concurrentie tussen supermarkten in Groot-Brittannië. De winkels moet steeds innovatievere manieren vinden om klanten week in, week uit te lokken en, nog belangrijker, vast te houden.
Het Shop and Go-systeem fascineerde me, omdat het iemands relatie tot een winkel personaliseert en een situatie creëert waarin de klanten letterlijk een verlengstuk worden van het computersysteem van de supermarkt, waarin hun keuzes kunnen worden bijgehouden en gebruikt om het inkoopbeleid en de marketingstrategie te bepalen. De klant 'werkt' zo dus op merkwaardige wijze voor de winkel, of beter gezegd voor het computersysteem van de winkel. De routine van het winkelen waartoe we wekelijks verplicht zijn kan zo duidelijker en directer als werk worden gezien.
Ik besloot me te buigen over de mogelijkheden om deze situatie te ondermijnen en een systeem te creëren dat het universele systeem van streepjescodes als uitgangspunt zou nemen om de gebruiker via een mobiel netwerk toegang te verschaffen tot informatie omtrent de economische, sociale en politieke aspecten van product en bedrijf, en de gezondheids- en milieu-aspecten ervan. De informatie zou afkomstig zijn van een externe database op internet en de gebruiker bereiken via een scherm op een draagbare scanner. Dit systeem zou wat ik een 'gericht begrip' noem opleveren en de gebruiker helpen geïnformeerd te handelen. De gebruiker wordt voorzien van relevante informatie, waardoor de verhouding tussen winkel en klant zou veranderen van een verhouding waarin de klant, vaak zonder het te weten, informatie levert door zijn handelingen, tot een verhouding waarin hij informatie opneemt.
In dit project is de scanner een zelfstandig voorwerp, maar er is geen enkele reden waarom hij niet zou kunnen worden gekoppeld aan reeds bestaande apparaten zoals de pager of mobiele telefoon.
Voedselketens en UR-Politiek
SupUrMarket is een project in kritische vormgeving.
Voorlopers van het project zijn te herkennen in het werk van kunstenaars en vormgevers als Kryzstof Wodicko www.art-for-a-change.com Met dank aan Anthony Dunne, onderzoeker bij de sectie digitale vormgeving van de Royal College of Art, voor deze en andere suggesties.
Ik wilde uitzoeken hoe technische systemen zo zouden kunnen functioneren dat ze democratische, socialistische waarden zouden bevorderen in plaats van de waarden van de markt. Voor mij als kunstenaar en als kritisch realist, die werkte aan een vormgevingsproject, lag de kracht van de vormgeving in het feit dat ze objecten produceert waar mensen op moeten reageren (in de breedste zin van het woord). Dit betekende dat het project ondanks zijn progressieve karakter haalbaar moest zijn, anders zou het te makkelijk van de hand kunnen worden gewezen als zijnde 'utopisch' of 'onrealistisch'; vandaar het gebruik van de streepjescode als uitgangspunt, waardoor het 'kenteken' van de markt, zijn zwakke plek, als het ware van een gesloten tot een open deur werd gemaakt. Het gebruik van de streepjescode zou ook eventuele tegenmaatregelen verzwakken van degenen die te maken krijgen met een product als de Ur-scanner, aangezien de code een vitaal onderdeel uitmaakt van de goederencirculatie en niet eenvoudig of goedkoop kan worden gewijzigd.
Ik maakte me geen illusies dat het project niet op bezwaren zou stuiten of gewoon zou worden genegeerd, maar ik vond dat als het technisch haalbaar was dit niet alleen de kans zou bieden de ideeën daadwerkelijk uit te werken, maar dat als het project niet werd uitgewerkt, dit op zich al een politiek gegeven zou zijn. Benjamins idee van de Ur-form vormde de poëtische basis van het project, en net als bij Benjamin was de erkenning van het potentieel van een bepaalde technologie, en de bevordering en verspreiding van het goede, een politieke daad tegenover een economische orde die ertoe neigt alles wat vernieuwend is – en daarmee veel vormgeving - ondergeschikt te maken aan winst- en verliesrekeningen.
Gericht begrip
Voor het SupUrMarket-project moest uitgebreid onderzoek worden verricht naar het mondiale voedselproductiesysteem en de daarbij betrokken bedrijven. De productie van voorbewerkt voedsel wordt bijvoorbeeld beheerst door een paar multinationals: Unilever, Mars, Nestlé en Philip Morris. De meeste bekende producten worden door deze bedrijven geproduceerd, ongeacht het land waar ze worden verkocht. In de supermarkt is de ogenschijnlijk overvloedige keus in wezen een homogeniteit, zodat hetzelfde bedrijf met zichzelf kan 'concurreren' doordat zijn producten naast elkaar in de rekken staan. Tegelijkertijd bevindt de klant zich in de supermarkt aan het einde van een 'voedselketen' die zich over de hele wereld uitstrekt, zodat met het toenemen van onze productiviteit, en daarmee onze vervreemding, het moeilijker wordt te bepalen hoe een product op de plank terecht is gekomen.
Supermarkten zelf oefenen een enorme invloed uit op dit proces. Een recente documentaire op de Britse TV volgde de productie van peultjes terug naar de velden in Afrika waar ze worden verbouwd. De kijkers waren getuige van het spektakel van de 'man van Tesco' die de plantage bezocht en werd onthaald op een zang- en dansvoorstelling om Tesco te 'bedanken' dat het dit product inkocht.
Dit economisch imperialisme helpt de macht van de multinationals tegenover producenten en consumenten in stand te houden, zowel in het westen als in de derde wereld. Brazilië exporteert bijvoorbeeld voor 4 biljoen dollar aan voedsel per jaar, en toch lijden 32 miljoen inwoners van het land aan ondervoeding
The global supermarket rapport of Christian aid 1997,
terwijl de dieetvoedingsindustrie in de Verenigde Staten goed is voor maar liefst eenderde van de landelijke omzet in voedingsmiddelen.
Rode Consumenten
De terugtocht van links sinds halverwege de jaren zeventig en in het bijzonder sinds 1989 heeft geleid tot een gefragmenteerde, defensieve en conservatieve 'radicale' politiek (het postmodernisme in al zijn gedaantes). Geconfronteerd met een ogenschijnlijk almachtig kapitaal heeft de politiek van de consumptie veel bewegingen en ideeën voor maatschappelijke verandering overheerst. Volgens mij kan dit worden gezien als een duidelijk voorbeeld van defaitisme in een periode waarin men zich terugtrekt, en dat de Ur-scanner zich dus weliswaar bezighoudt met de consumptieve kant van productie, maar dat consumptie in wezen de voltooiing is van de productiecyclus, doordat ze de producent reproduceert. De politieke consequentie die de Ur-scanner aan dit inzicht onttrekt is dat er geen individuele oplossingen bestaan voor collectieve problemen. De informatie die op een database wordt gevonden vertoont dan ook bijvoorbeeld een onderlinge samenhang die specifieke situaties, producten en bedrijven aan een bredere structuur koppelt.
De Ur-scanner is geen apparaat dat individuen met een schuldgevoel wil opzadelen over wat ze kopen en wil evenmin zeggen dat de oplossing in prijzenbinding en dergelijke moet worden gezocht, hoewel het project uiteraard niet tegen zulke initiatieven is. Het wijkt dan ook af van het merendeel van het 'groene' denken, dat het probleem en de oplossing veelal zoekt in de individuele consumptie; alsof de doorsnee consument evenveel verantwoordelijkheid draagt voor of baat heeft bij de toestand in de wereld als pakweg Unilever, het IMF of de Wereldbank!
Het valt natuurlijk redelijk makkelijk aan te tonen dat maatschappelijke kwalen onontkoombare proporties hebben aangenomen, maar helaas zijn de maatschappelijke structuren die dit mogelijk maken complexer en moeilijker herkenbaar. De rol van de Ur-scanner is het zichtbaar maken van deze maatschappelijke structuren, zodat de gebruiker op geïnformeerde wijze kan optreden om onderdrukkende en uitbuitende systemen te veranderen. In deze context draait de Ur-scanner rond de dialectische beweging voor een socialistisch bewustzijn, die uitgaat van Marx' idee dat de arbeidersklasse als klasse 'op zich' – objectief gezien een groep mensen die hun arbeidskracht moeten verkopen om in leven te blijven - een klasse 'voor zich' moet worden, een klasse die als meerderheid collectief opkomt voor haar eigen belangen.
Als vormgevingsproject betekende SupUrMarket dat we ons moesten afvragen voor wie het product bedoeld is en waarom ze het zouden willen hebben. Om dit te bereiken moesten we ons afvragen hoe een 'product', zoals de scanner, aan mensen kon worden 'verkocht'. Door mijn ervaring als politiek activist, gekoppeld aan interviews met 'gebruikers', sta ik uiterst kritisch tegenover het idee dat sommige mensen 'politiek bewust' zijn (de bekeerlingen) en sommige niet (de rest). Ik zie het bewustzijn veel meer als iets wat constant heen en weer slingert tussen linkse en rechtse ideeën. Ik geloof dat de ideeën die mensen er op nahouden, net als de kapitalistische samenlevingen waarin ze leven, in feite met elkaar in tegenspraak zijn, en dat een actief ingrijpen kan helpen dit materialistische, tegenstrijdige en gefragmenteerde denken weer samen te voegen tot een coherent en strijdbaar handelen. In praktische zin betekende dit dat we ons moesten buigen over thema's die mensen dagelijks raken. Ik denk bijvoorbeeld dat mensen zich in het algemeen druk maken over de gezondheid van het voedsel dat ze tot zich nemen en over de arbeidsomstandigheden van de producenten ervan. Dit beschouwden we als twee 'marketingmogelijkheden'.
Maakt u zich zorgen dat het voedsel dat u koopt genetisch gemanipuleerd is? Gebruik de Ur-scanner om te controleren hoe gezond uw voedsel écht is!
Vervolgens konden deze thema's worden gekoppeld aan een breder verhaal, gebaseerd op de vraag waarom dit zo zou kunnen werken, waarbij we deze overwegingen combineerden met netwerktechnologieën zoals het internet, dat de mogelijkheid biedt om radicale en progressieve databases aan elkaar te koppelen. Deze zouden kunnen worden beheerd door vakbonden, buurtcomités, politieke organisaties of een combinatie daarvan, die een werkelijk 'openbare ruimte' kunnen stimuleren en handhaven om tegenwicht te bieden aan de buitensporige macht van het bedrijfsleven, en die hun kant van het verhaal naar voren kunnen brengen.
Dit kan tamelijk effectief gebeuren. Neem de recente reclamecampagnes in Groot-Brittannië van het gigantische biotechnologiebedrijf Monsanto. Terwijl dit bedrijf de voordelen van genetisch gemanipuleerd voedsel ophemelt, biedt het zogenaamd ruimte voor 'objectiviteit' doordat het de lezers uitnodigt de website van Friends of the Earth te bezoeken voor een 'andere' mening.
Om John Roberts
J. Roberts "Art of Interruption"
te parafraseren is het de taak van de dialectische theoreticus die zich met technologie bezighoudt de technologische ontwikkelingen zonder zich illusies te maken opnieuw te koppelen aan hun mogelijke niet-instrumentele toepassingen... De technologische ontwikkeling is zowel de lege ruimte van de burgerlijke gestage vooruitgang als de voortdurend hernieuwde mogelijkheid van een niet-vervreemd gebruik van technologie; elke belangrijke technologische vooruitgang plaatst deze mogelijkheid op de historische agenda.
Steeds weer dezelfde producten
Dit brengt ons weer terug naar waar we zijn begonnen: tussen de rekken van de plaatselijke supermarkt, waar we op elke hoek worden geconfronteerd met de opgehoopte producten van de collectieve, gemondialiseerde arbeid - een overvloed aan ontvreemde eigendommen. Het Ur-potentieel van zo'n ruimte wordt duidelijk als we nuchter om ons heen kijken en we ons - in plaats van de logica van de markt, die de technologische waanzin versterkt van dezelfde handvol bedrijven die met elkaar concurreren om ons dezelfde producten te verkopen tegen kunstmatig gesubsidieerde prijzen en naar het lijkt met een verhoogd risico voor onze gezondheid en ons welzijn - durven voor te stellen dat deze systemen zouden kunnen worden bevrijd door degenen die nu nog onder hun juk gebukt gaan. De Ur-scanner zal dìt probleem nooit kunnen oplossen, aangezien het inderdaad besloten ligt in de toekomstige afloop van het conflict tussen de productiekrachten en de productieverhoudingen. Maar nu de internationale economieën afglijden in een door 'overproductie' veroorzaakte crisis, is de tijd van de Ur-scanner als 'productontwerp' aangebroken...
vertaling Pieter Bijker