Nacht-tv is overal interessant al is het alleen maar omdat het minder gebonden is aan de reclamecriteria die voor standaardprogramma's gelden. Marginale winstmarges voor marginale tv waar marginale tv-reclames zichzelf voortplanten, terwijl ze de marginale twijfels en talenten spiegelen van hun 'net-geen' prime-time-programmeurs. Nachtelijke kletsshows met komieken in $35-pak, profworstelen, en Charlie's Angels verschijnen als waarschuwingsborden voor wat ons slapelozen met ongedisciplineerde leefstijl te wachten staat, totdat we ons als wakkere consumenten zullen manifesteren.
De afgelopen paar jaar was het beleid van Fuji tv er op gericht om het gat van de eerste 'late uren' te vullen met een groepje pokdalige twens. Of het nu gaat om de ontwikkeling, het schrijven of het regisseren van deze programma's, iedereen moet aan één eis voldoen: wees onder de dertig! De resultaten kunnen grofweg verdeeld worden in drie categorieën: degenen die iets in tv ambiëren (verward, maar wat zou het?), de 'theoretici' die dachten mediageschiedenis te maken (verward invloedrijk), en Tanaka Kei'ichi, wiens verwarring ergens tussen deconstructionistische tv als verkrachting door hypertekstuele infotainment-dataplosie en reclame als sociaal experiment in educatie lijkt te liggen.
Vergeet de lui die dachten tv te maken. Het tv-werk van de mediatheoretici leek op een verslag van de twee belangrijke Japanse mediatheorie-scholen. Fukuhara Shinji's Einstein en Ugo-Ugo Lhuga wortelen in de 'paradigma shift'-benadering (Asada Akira/Kyoto University), terwijl Takashiro's Banana Chips Love en Alphabet 2/3 meer te danken hebben aan Takamura Mitsuhiro's 'sensual media'-benadering. Zowel Asada als Takamura wezen het werk van hun voormalige leerlingen natuurlijk af als hopeloos incompetente dwalingen, maar Fukuhara en Takashiro werden desondanks twee zeldzame voorbeelden van pophelden die zijn voortgekomen van achter de tv-camera.
Fukuhara's Ugo-Ugo Lhuga (zie Masuyama's artikel over Ugo-Ugo Lhuga ), is een bona fide cultureel fenomeen. Het dagelijks semi-interactief kinderprogramma dat gebruik maakt van virtuele decors en figuren, is al opgenomen in het moderne Japanse poplexicon.(Er is character merchandising, met de helpende hand van de nationale Omroep nhk, er zijn cd-roms gemaakt van zijn virtuele werelden en overal waar videospelletjes worden gespeeld kun je flarden Ugo-Ugo-Lhuga-slang horen) De beroemdste van de twee, Takashiro, werd Japans eerste 'hypermedia' popster, vereerd door duizenden jonge fans en erg populair als woordvoerder van de Japanse 'multimedia'-scene.
Tanaka Kei'ichi was de vreemde eend in de bijt. Hij studeerde af aan de prestigieuze rechtenfaculteit van Gakushuin, waar o.a. Japans koninklijk bloed studeert. Hij is een kaalgeschoren boeddhist die, terwijl hij je uitlaat, diep buigt en daarbij als een monnik zijn handen vouwt. Als je een stomme vraag stelt of iets insinueert, hakt hij je aan mootjes. Met zijn programma's heeft hij net zoveel succes geboekt als Fukuhara maar Tanaka was er niet in geïnteresseerd een mediapersoonlijkheid te worden. Hij wil geen arti-tv maken of een nieuwe periode in de massamedia inluiden. Nee, hij wil straffen.
Zijn aanvallen op trends worden trends. Hij ridiculiseert reclame en de kijkcijfers gaan omhoog. Hij opent de aanval op het 'sophistic'-ated stadsleven en wordt de lieveling van diezelfde 'intelligentsia'.
Marketing Heaven
Tanaka walgt van Japans' botte handelsgeest waar commerciecultuur en infotainment-educatie hoogtij vieren. Hij goot zijn afkeer in de vorm van een programma met de titel Marketing Heaven. Hierin wordt de structuur van de commercie op de Japanse tv blootgelegd en het sponsorsysteem ontmaskerd. Als een infotainment 'nieuws'programma over de Japanse consumptiecultuur, illustreerde Marketing Heaven de stijging van de producten in Japan (marketing heaven) aan de hand van een slowmotion analyse waarop te zien was hoe de met de reclame collaborerende media, lifestyle trends creëerden.
Japanse reclame is erg afhankelijk van een gecoördineerde campagne binnen allerlei media op hetzelfde moment. D.w.z. een nieuwe Schwarzenegger-film zal altijd vergezeld gaan van een reclameactiviteit, óf van de lancering van een nieuw product óf van Arnie als hét gezicht van de nieuwe campagne – zoals de Olympische Spelen haar 'gezichten' heeft voor elk vierjaarlijks evenement sinds de overname door Dentsu. Elk reclamegegeneerd product en mediathema is geschikt – Dessert Storm, de frisdrank for the fighting spirit, is er zo een – maar oorlogen zijn in het algemeen onbetrouwbaar, er zijn er maar weinig zo goed verkoopbaar (d.w.z. moreel 'onvaag') als het kassucces van deze tv miniserie. Zaken als 'het milieu' (Suntory is thinking about the earth)zijn veel beter en kwantificeerbaarder.
De planningsteams van het reclamebureau van het nieuwe product gaan dus alle marketinggegevens over een komende 'gebeurtenis' verzamelen. Ze zullen er achter komen dat als Schuwa-chan (Mr A.S.) zich volpropt met koolhydraten, met een 'nieuw' (zeg ongeveer 2% anders dan het vorige) smaakconcept, dit hét middel is om munt te slaan uit de nieuwe film. Intussen wordt een binnenkort uitgebracht liedje van de een of andere zangvogel die, popelend om binnen te zeilen en te stranden op het lichaam van de publieke bejubeling, gekozen als soundtrack. Et voilà!De drie gaan een huwelijk aan in de reclame; een reclamespotje voor een nieuw smaakconcept (productietechnologie voor dunnere noedels, etc.), Arnie's spieren, en de jonge aankomende ster worden, allemaal tegelijk, gecreëerd - en ze krijgen allemaal betaald voor de promotie.
Marketing Heaven identificeert en kwantificeert Japans management van de media. Door het in kaart brengen van de stijging en de daling van allerlei trends, van instant noedels tot aan huwelijken, naar aanleiding van de hoeveel tijdschriften, lp's, bioskaartjes... er verkocht zijn, identificeerde het programma de werking van infotainment als infotainment en noemde het nieuws. Het keerde de massamedia tegen zichzelf. Tanaka creëerde in feite een referentiekader voor tv-kijken als televisie, ervan uitgaande dat netwerktelevisie een reclame- en geen communicatiemedium is (en cnn, vol met reclame voor cnn door geschiedenis te laten zien vólgens cnn, is waarschijnlijk het meest voor de hand liggende voorbeeld). In zijn laatste wekelijkse aflevering analyseerde (consumeerde) het programma zichzelf, illustreerde het zijn eigen machinerieën. Het definitieve bewijs voor Tanaka's standpunt was natuurlijk dat uiteindelijk diezelfde sponsors vochten om zendtijd. Het was een succes maar het ging niet ver genoeg.
De Vernedering te Canossa
Tanaka was niet tevreden. Wat voor zin had het om kritische afstand te veinzen en alleen het fenomeen te illustreren? Was dit niet zelf tv? En waren mensen zelf niet te afgemat en te apathisch om deze slang in zijn eigen staart te laten bijten? Staarden zij niet gewoon naar het programma in een vage staat van ontzag voor het mechanisme?
En dus klom Tanaka een trapje hoger op de culturele voedselketen naar het volgende niveau van informatiebronnen. Terwijl hij zijn pijlen richtte op het Japanse educatieve systeem, met zijn examengeoriënteerde en op stampen gebaseerde manual education methodes, maakte hij een nog commerciëler, nóg cynischer programma waarvan het enige doel (leek) was: lachen om de manier waarop de Japanners verworden zijn tot aan de lopende band feiten opdreunende automaten.
Het examenhel-syndroom waarvan alle Japanse tieners slachtoffer zijn is tamelijk goed vastgelegd. Hun puberteitsjaren staan in het teken van een warrige stormloop naar de juiste ladder van succes, zoals zalm in zijn kinderjaren de rivier stroomopwaarts zwemt om het laatste tweederde van zijn leven door te brengen in de ondiepe rivierbedding om kuit te schieten. Als het pad van de maatschappelijke positie niet door je vaders genen uitgestippeld is, zijn er, zoals vaak in geïndustrialiseerde democratieën, mogelijkheden om de ladder te betalen zodat ie uitgetrokken wordt naar moeders schoot. De kindercrèches moeten geregeld zijn voordat je geboren bent zodat je meteen kunt beginnen met proberen aan de verwachtingen van je ouders tegemoet te komen en deze bij te benen. Om te weten te komen of je zult falen, verwezenlijken of voorbijstreven, zijn bepaalde testen in trek, controleerbare mechanismen, met een 'eerlijk' reglement. Je hebt de keuze: of je ruilt je kindertijd voor kennis die goedgekeurd is door de minister van onderwijs, of je doet er niet aan mee en je verknalt je toekomst, hangt rond in het louche café op de hoek en probeert wanhopig iets te leren over de andere sekse en andere zaken van het opgroeien. Tegen de tijd dat je midden-dertig bent weet je hoeveel talent en ambitie je hebt en, in het geval van een vaste baan, hoever je zult komen, als je al ergens zult komen. Je bent dan ook aardig op de hoogte van je succes in je persoonlijke leven; getrouwd op je dertigste (als je op de ladder wilt blijven), kun je met een gerust hart elk damesblad openslaan dat vol staat met testen over passende huwelijkspartners.
De Vernedering te Canossa (de naam is afgeleid van het incident in het Noord-Italiaanse dorp Canossa in 1077 na Chr. toen Hendrik IV drie dagen in de sneeuw moest wachten voordat Paus Gregorius VII hem wilde ontvangen om daarbij zijn ballingschap ongedaan te verklaren) was de volgende test – check-up kan ook – met de formule van een culturele documentaire. Het programma was vergelijkbaar met de ware geschiedenissen van eendagsvliegen uit de popmuziek en de door het officiële ministerie goedgekeurde lijst van handboeken. Aan het begin van het programma werd je begroet door een grijzende academicus in een bibliotheek die het thema van de dag aankondigde. Je pakte je pen en een videotape begon af te lopen. Vervolgens, terwijl je de parallellen tussen Chinese keizers en Japanse popidolen (probeerde te) volgde, of de ontwikkeling van Fastfoodcultuur gezien in het licht van de Verlichting, wist je al snel of je deel uitmaakte van de ware elite: diegenen die slim genoeg waren om op school iets te leren en toch modieus genoeg bleven om er een seksleven op na te houden. Het is een grapje maar heb jíj 'm door? Als je niet kon lachen met de goede reden en op het goede moment, en uit kon leggen aan je vriendinnetje (was je on-cool genoeg om afspraakjes met bimbo's te hebben die uitleg konden gebruiken?) wat nou precies zo slim was aan dat onderdeel van het programma, zou meteen duidelijk zijn wat je was: mislukt als boekenwurm of gewoon een mislukkeling. Natuurlijk was het programma een geweldig succes.
Television Bookmaker
Nu hij de successen van het verleden en het heden in zijn zak had, besloot Tanaka dat hij de intelligentsia voor zijn rekening zou nemen door de aandacht te vestigen op iets waar zij helemaal niet op bedacht waren: de toekomst. Het derde programma van zijn trilogie bracht reclame en intellectuelen in dezelfde ring. Het ridiculiseerde het Japanse hooghartige 'weet alles al'-trekje, met een wedden-dat-spelletje over aankomende gebeurtenissen, waarbij het de 'intelligentsia' tegen de 'pop' opzette. Een panel van vier toonaangevende 'opiniemakers' was verzameld om te wedden op kleine details van de komende week. Zouden de professoren een betere kijk hebben op komende gebeurtenissen, of zouden de reclameschrijvers winnen? Uitgaande van triviale aspecten binnen belangrijke gebeurtenissen, zoals waar de premier zou staan op de groepsfoto van het G-7-congres, en wat dit zegt over de Japan/G-7-verhouding. (Dit werd zelfs overgenomen door Japans belangrijkste nieuwsprogramma bij wijze van een nieuw soort analyse.) Het spel was zo opgebouwd dat een speler aan het begin van het programma een vast bedrag kreeg om letterlijk in te zetten op zijn beweringen; verloor hij de weddenschap, dan werd hij er uitgegooid en mocht hij nooit meer terugkomen, alsof hij betrapt was op het in bezit zijn van failliete opinies. Welk percentage van zo'n inzet zou jij gebruiken om je overtuigingen te verdedigen?
Television Bookmaker ontleende zijn formule aan de 'gentlemen's' club geldwereld van de Britse aristocratie. Op het scherm waren nooit vrouwen te zien. De show begon met spelers die thee zaten te drinken terwijl ze wachtten op de gokmeester. Bij zijn komst volgden de uitslagen van de beuzelarijen van de vorige week, wie hoeveel had gewonnen of verloren, en daarna de thema's van de komende week, de details en de inzet. Op het laatst, zoals wel te verwachten viel, waren de 'onderwijzers' en zakenlieden failliet, terwijl de otakki en de reclameschrijvers het oppergezag voerden.
Tanaka's werk richt zich op hetzelfde infofetisjisme als de shinjin-rui, otaku en al die andere populaire buzz-word classificaties, maar het bewerkstelligt een aanval van binnenuit door deze fetisjistische impulsen tot aan het extreme door te voeren.
Eerlijk gezegd vind ik zijn latere werk niet zo interessant. Hij maakte een programma over de irrelevantie van lifestyle-keuzes en een programma dat refereert aan vroeg Japans prof-worstelen. Maar uit het feit dat hij hierin mensen met een afwijkende lichaamsbouw met elkaar liet knokken in een modderpoel (lange tijd was het een onuitgesproken regel dat dwergen en gehandicapten niet op de buis verschenen), blijkt wel dat hij zijn vermogen om tv tegen zichzelf op te zetten niet verloren heeft.
vertaling kristi van riet