Natuurlijk staat er ook een foto op je profiel waar je op je best op staat. Met vrienden of op vakantie, of een zogenaamd nonchalante foto die je zelf met de webcam hebt gemaakt en waar je regelmatig een update van plaatst. Mark Zuckerberg, de oprichter en directeur van Facebook, zegt over zulke profielfoto's: ‘We never have to worry about our looks because with enough Photoshopping we can present ourselves exactly how we want to be perceived.’ Met je foto als hoogtepunt wordt je online profiel de ultieme plaats om je op je allerbest aan de wereld te presenteren.
Wanneer je een profiel aanmaakt op een website als Mediamatic.net of Facebook, denk je er meestal niet aan wat er mee zal gebeuren als je dood gaat. Je staat er niet bewust bij stil dat je op deze plaats je vrienden nog steeds op dezelfde manier toe zal lachen na je dood. Voor vrienden en familie is het soms wel prettig als je profiel blijft bestaan ter herdenking. Je profielfoto verandert zo van een zorgvuldig gekozen beeltenis van jezelf in een begrafenisportret. Het wordt een memento mori die de bezoekers van je profiel bewust maken van de sterfelijkheid van het leven. Misschien is het juist wel passend dat je deze foto zelf hebt uitgezocht en geupload.
Op de Nederlandse site Partyflock.nl krijgen de profielen van gestorven leden de status ‘overleden’ en kunnen anderen condoleances achterlaten. Partyflock is een sociale netwerksite voor mensen die van dancemuziek houden en feesttips willen uitwisselen. De profielfoto’s van de leden zijn meestal genomen in discotheken en clubs. Ze tonen jonge meisjes in sexy outfits en jongens die stoere poses aannemen. Iedereen lijkt jong, mooi en vrolijk. In deze gemeenschap van feestende mensen vormen de condoleance pagina’s een bijzondere plaats van bezinning. Maar heftiger dan de condoleance teksten van familie en vrienden zijn de foto’s van de overleden leden die boven aan de profielen staan. Deze profielfoto’s leggen immers precies de momenten van uitbundigheid, dronkenschap en lol vast, al die levendige momenten die zo in contrast staan met de dood.
Volgens Roland Barthes (1915-1980) is het fotografische portret altijd verbonden met de dood. Het moment waarop er een foto van je wordt gemaakt ervaar je het proces van verandering van een subject in een object. Barthes noemt het een micro-versie van sterven. Iedere keer dat je naar de foto kijkt zie je jezelf gefixeerd in de tijd; zo was je op dat moment, maar zul je nooit meer zijn.
Het presenteren van je zelfportret op je online profiel kan beschouwd worden als een extra stap in het proces van zelf-objectificatie, waarmee je nog een grotere afstand tussen jezelf als subject en object schept. Op je profiel presenteer je jezelf in beeld en tekst, ook als je er niet meer bent. Word je profiel dan automatisch een zelfgecreërde elegie wanneer je sterft? Dat gaat misschien wat ver. Maar er is wel een grote kans dat je profiel langer blijft bestaan dan jijzelf. Na verloop van tijd zullen er meer en meer profielen met foto’s van gestorven mensen op internet rondzwerven, totdat de gemeenschap van de doden groter wordt dan die van de levenden. Het internet wordt daarmee een uitdijend archief van allang verlaten websites met foto's van mensen die niet meer bestaan en teksten van overleden auteurs.
De tentoonstelling Ik R.I.P. besteedt aandacht aan al deze kwesties. Op www.ikrip.nl is het voortaan mogelijk om aan te geven wat je wilt dat er gebeurt met je profiel wanneer je sterft. Misschien vind je het prettig dat iemand je profiel voor je aanpast, of dat mensen berichten achter kunnen laten om je te gedenken. Deze laatste wensen worden verzameld in je IkRIP. Op deze manier bepaal je zelf hoe je profiel er uit ziet als je komt te overlijden.