Onder de fraai genoteerde anachronistisch getinte titel
Ladies Gourmet Cycling stond de bezoeker van Debra Solomons tentoonstelling in de Mediamatic Supermarkt een wieler-home-trainer ter
beschikking en was er een showroom opengesteld van fraai
vormgegeven mode, geïnspireerd op de Europese
wielercultuur. Begeleid door meer dan levensgrote
portretten van vrouwen die hun dagelijkse rondjes in deze
kleding maken leek de Supermarkt tijdelijk een
bastion van wielercultuur.
Al snel werd echter duidelijk dat het project, dat mede
geformuleerd is in mooie, vergane Engelse terminologie, die
vast geen deel uitmaakt van het McDonalds-Engels van de
nieuwe wereldorde van President Bush, anders is dan het
leek. Want wat hier op deze avant-garde plek getoond
werd, was niet gerealiseerd door een modeontwerper of fietsenfirma, maar door een kunstenaar. Door Debra Solomon, een Nederlandse, uit
California afkomstige voormalige cyberspacie, die de
laatste jaren een heel precieze avant-garde signatuur
heeft ontwikkeld. En die hier nu ineens een op het eerste
gezicht misschien wat banaal ogende, maar al snel
merkwaardig intrigerende modetrend toonde.
De vulgariteit van de alledaagse wielerkoersen
De installatie in de Mediamatic Supermarkt oogde een beetje
als een eerste stap naar sportieve roem. Hier werd een eerste aanzet gegeven tot een herwaardering, een superestheticering van de fietser en
haar natuurlijke omgeving. In het algemeen denken we bij
wielrennen toch aan die vulgaire mannenwereld, de banale
wielerwereld van de zonen van Belgische mijnwerkers, van
Italiaanse of Spaanse boeren die nu al een paar jaar de
entourage vormen voor die ene Amerikaanse superster, die
in zijn testikels het kankervirus droeg dat hij zo manmoedig heeft overwonnen. De ambitieuze, concurrerende,
elkaar voortdurend in het oog houdende armzalige renners
op de weg die, zo bleek wel, niet veel beter uit zijn dan
een door gokkers en anderen gemanipuleerde krijgsmacht.
Bij de MediamaticSuperSalon van 6 april, die werd gehouden ter gelegenheid van de tentoonstelling, werd er een
soort criterium gereden. Dat wil zeggen een paar rondjes
om een aantal huizenblokken heen, allemaal fantastische
fake, bedoeld als concessie aan de mannelijke sfeer van
competitie. Dat er vooral mannen aan meededen, en dit
criterium tenslotte uitliep op een pijnlijke val van een
der vrouwelijke deelnemers, was een teken aan de wand. Het
is duidelijk; die ambitie zich te meten met de mannelijke
vulgaire wereld van het wielrennen moet echt vermeden
worden. Daarom heeft Solomon ook ongelijk als ze de
tentoonstelling als motto ''it takes a strong man to be a
strong woman'' meegeeft. Dan gaan onwerkelijke zaken
zich in haar project mengen. Juist precies die dingen die
door Arie Altena in een korte lezing op de salon zo kernachtig werden geschetst. Het verhaal van de media en de wielerkoersen, van de bijna honderdvijftigjarige geschiedenis van de mannenkonten die de dienst uitmaken in het telegenieke spektakel dat de regulaire
wedstrijdwielrenagenda van de internationale en nationale
wielerbonden is. Een agenda die uiteindelijk met vulgariteit, geheime afspraken en natuurlijk vooral alledaagse drogeermiddelen verbonden is. De vrijage tussen de massamedia, lees tv, en het wielrennen maakt
van een moderne koers eigenlijk gewoon een persiflage op
een soort militaire campagne, met een hoofdrol voor het
mobieltje en met de grootste kletsmajoors als de grootste
kanshebbers. Daarom, weg met die kermiskoersen, met die
het verkeer in gevaar brengende wielertouristen, met die
opgewonden verslaggevers van door commerciële ambities
verpeste Tour de France's of Giros d'Italia! Weg met die
stoere verhalen over het koersverloop die alleen maar aan
de bierpomp in het café enige betekenis hebben!
De Vermeermeiden in Victoriaanse sfeer
Bij Debra Solomon gaat het mede om een rehabilitatie van
de fiets, van de wielerkledij, van de stimuleringsmiddelen
en van de wielrenner zelf. De wielertenues, de shirts en
shorts, alles in dienst van het lichaam van de fietsers en
cyclisten. Dit is de esthetica van de fiets die
plotseling de grandeur van de eerste fietsen uit de
geschiedenis heeft teruggevorderd. De banaliteit van de
fiets heeft hier (toch ook in het licht van de nieuwe
supermodellen) plotseling een bijna artistiek huiselijke
omgeving gevonden. Men fietst hier niet in het gezelschap
van de eigen vrienden uit de club, niet in een
onwezenlijke competitie, maar slechts in het
gezelschap van de eigen persoon zelf.
Bij Solomon is wielrennen meer dan wat we denken dat
wielrennen is. Haar introductie laat er weinig twijfel
over bestaan: dit is een artistiek vluchtproject, waarbij
de fiets ook nog eens voor iets heel anders gebruikt wordt
dan om je voort te bewegen. Ze presenteert de fiets als
was het een door haar gerealiseerde uitvinding, alsof we
hier bij de introductie van een nieuw vervoermiddel zijn,
met zoveel vanzelfsprekendheid dat we in onze fascinatie
voor dit nieuwe gadget helemaal over het hoofd zien dat
het haar eigenlijk om iets anders gaat. Terwijl we
verbaasd deze nieuwe uitvinding bekijken (''Hoe verzin je
het, je voortbewegen op twee wielen en dan toch niet
omvallen!''), gebruikt Solomon de introductie van de fiets als een
artistiek breekijzer om een nieuwe mode te introduceren.
Geen kledingmode op z'n smalst, maar veel breder, een
her-introductie van een beschavingstijdvak. De
rehabilitatie van een door de vorige eeuw in schijnbaar
eeuwigdurende ballingschap gedaan tijdperk, dat van
Koningin Victoria. Plotseling blijkt de wielersfeer voor
alles een plotselinge vlucht naar de etiquette van het
met zoveel vooroordelen en afkeer beladen Victoriaanse
tijdvak, een gebied dat de nieuwe kunst toch nog steeds
zoveel mogelijk mijdt. Of heeft gemeden. Tenminste, de
vorige eeuw heeft, afgezien van enkele niet serieus te
nemen retrospectieve blikken, zich toch met alle kracht
van dat duistere tijdvak afgekeerd, en haar blik op de
toekomst van de volgende eeuw gericht. En plotseling is
dan daar dit Victoriaanse georiënteerde ''Ladies Gourmet
Cycling.'' Met zoveel elan, dat je je er uiteindelijk
wel aan moet overgeven.
Wie had dat ooit kunnen denken: de gedachte aan de
Victoriaanse vrouw, die de afgelopen eeuw toch zo ongeveer
tot de belachelijkste westerse persona was geafficheerd,
is in een klap door Solomon in ere hersteld en als
ideaaltype neergezet. Niet in de lange jurken, zelfs niet
in de gestalte van de suffragette, die toch de laatste
herinnering aan de Victoriaanse vrouw levendig hield,
maar in de gedaante van een vrouw die het midden houdt
tussen de charme van de meisjes van Vermeer en Godard, en
die van de Pre-Raphaelieten.
Tijdens de opening van de show zagen we ze aan het werk.
Deze in wielertenue gestoken meiden leken zo uit de doeken
van Vermeer en de Pre-Raphaelieten weggelopen. Wat een
barbaarse lichaamstraining toch eigenlijk dat masculiene
wielrennen in vergelijking met de intimiteit van de
bordurende meiden die het ware artistieke werk doen! Want
ze doen meer dan fantastisch borduren. De symbolische
werking ervan overstijgt zelfs hun artistieke werk. Deze
meiden staan precies voor waar het Solomon om gaat: ''een
equipe van ladies'' dus, stijlvol in fietsoutfits,
werkend aan picknickkleden die ergens in de toekomst
''wikkelrokken zullen worden, die je ook op de fiets
gemakkelijk kunt dragen.'' Haar pièce-de -resistance vormde
wel de geheel idiosyncratische gele trui, een naar een
fietstruitje gemodelleerd lijfje dat in dit geval niet
exclusief voor de winnaar van de Tour de France is
bestemd. Het draagt, heel galant mooi zwevend in een
subtiele belichting, zonder veel ophef haar ideologische
boodschap uit. Vooral in de detaillering, die geheel aan
de strakke streamline van de hedendaagse wiermode
voorbijgaat, zit een prachtig element van ouderwetse
galanterie.
Solomon begrijpt het goed: hoewel er op haar foto's stoere
sterke meiden verschijnen die op de hometrainer indruk
willen wekken, zijn haar echte heldinnen natuurlijk die
naaistertjes die al bordurend de opening van haar show
opfleurden. Hier koestert de schaduw van onze
postmoderne tijd de gloed van waar het haar om te doen
is: een rehabilitatie van het Victoriaanse wereldbeeld.
Want let op, Solomon is als ervaringsdeskundige van beide
van deze tijdvakken geëngageerd. Haar ware ambitie is deze als het ware over elkaar heen te leggen en tot een beeld samen te brengen.
Dieet en drogeerpillen
Daar schijnt iedereen het over eens te zijn: in de
wielersport zijn de drogeermiddelen elementair. Ook
Solomon formuleert dat helder en precies. In haar
medicijnkastje wordt de hedendaagse behoefte van een
Hollands-Californische vrouw in onvertaalbare termen
verbonden met de negentiende-eeuwse chique, wordt de eenentwintigste-eeuwse sportterminologie verbonden met een taalvirtuose retro-ambitie. Victoriaans, maar wel aangepast aan de dag
van vandaag. Ik ben het even nagegaan, ''endorphin
experience,'' waar Solomon in haar artistieke programma
zoveel aandacht aan besteedt, dat is natuurlijk een beeld
voor de postmoderne artistieke pillenpot. Ik ben geen
diëtist, maar de aandacht van Solomon voor de juiste
drankjes, vitamines en powerpillen lijkt me een
evenwichtige, en een noodzakelijke, want zonder pillen en
groen natuurlijk geen sportieve prestaties. Maar hier niet
de excessen van de officiële wielersfeer. Niet de greep in
de pillenbak van de professionele wilerenner, de EPS, maar
een verantwoorde keuze, waar Solomon (die vaste kracht was
in het artistieke kookgezelschap de SuperClub) alles van af
weet. Hier staat het dieet in het teken van een ''raw food
diet en natuurlijk a diet of low glycaemic index food''
om zo onze ervaring van endorphins te laten leiden tot
een cousciousness-altering experience. Wie het beter
weet mag het zeggen, maar Solomon bedoelt natuurlijk hier
dat je op een goed bewaakt dieet high kunt worden. Zoals
ik denk dat zij denkt dat die Victoriaanse vrouwen ook wel
het nodige wisten om onder hun nogal gezeggelijke gedrag
en uiterlijk echt psychodelische ervaringen op te wekken.
Maar deze voorschriften hebben nog een ander karakter.
Want wat we hier zien zijn ook gereguleerde openbaringen
vanuit de geheime medicijnkastje van Solomons Poolse
voorouders en voedseladviezen van door de pracht van de
Brits- Victoriaanse beschaving betoverde mensen. Prikkels
die als vanzelf leiden naar de beelden van het Parijs
ergens in de negentiende eeuw als we de fiets voor het
eerst in het park Luxembourg zien verschijnen.
Flabbergasted door het wonder dat zich hier afspeelt, zich
nauwelijks bewust van de eveneens verwonderde buurman op
een bank verder die later als Alfred Jarry het wonder van
de fiets als artistiek teken gaat uitwerken, komt die
fiets via een Solomon-voorouder in het collectieve
geheugen van de familie terecht. En misschien zat daar
even verderop de schrijver Marcel Proust die toen juist
de reis naar Den Haag concipieerde waar een van de
hoofdfiguren uit zijn romancyclus Swann, Vermeer als de
ideale schilder zal gaan begrijpen. (Swann, is er een
mooiere Victoriaanse naam denkbaar dan die van de grote
bewonderaar van de schilderkunst van Vermeer? En is, nog
meer dan Gazelle, Swann niet hèt ideale
fietsenmerk?) Later als de familie Solomon in California
belandt, zal het familiegeheim aan de nieuwe generatie
doorgegeven worden, om dan uiteindelijk in dit Ladies Gourmet Cycling Project uit te groeien tot een artistiek proces.
De fiets en het fietsen
De fiets is terug van een anderhalve-eeuws parcours,
terug naar naar zijn uitgangpunt als Victoriaans gadget:
terug in het park, terug in de natuur, terug in handen van
een elite. Van de wedstrijd op de weg terug naar de
wedkamp in de kamer, van de modder in het criterium naar
het kleurig getinte boudoir. En dat alles, je verwondert
je hier nergens meer over, ten dienste van een
intellectueel-spirituele bezigheid.
Voor de semi-hometrainer die bij Mediamatic stond
opgesteld, heeft Solomon zelfs een lees-dieet gemaakt.
Onder het voorwiel van haar home-trainer had ze een paar boeken uit haar bibliotheek geplaatst, belangrijke boeken uit familiebezit, waaronder
het huisexemplaar van Thoreau's Walden. En vergis ik me
nu, of heb ik daar ook Amerika's natuurdichter R.W. Emerson
zien liggen? Dit is haar geschenk aan Nederland,
waar alles klein en beperkt is, dat vrijmoedige denken
aangaande de natuur en de kosmos. Ze deelt haar
Amerikaanse achtergrond met ons: dat ongelooflijke
natuurgevoel, dat door Thoreau en Emerson bezongen
vrijdwalen in de natuurlijke ruimte, met alle poëtische en
vreugdevolle klanken. Dit is de context waarin we de
fiets hier moeten duiden. Solomon wil die natuurbeleving
delen, dat is evident. Bij de MediamaticSuperSalon ter gelegenheid
van de tentoonstelling fietste Todd Matsumoto zich de
benen uit het lijf terwijl hij met deT1900 i-Magic trainer de mogelijkheden van het virtuele wielrennen verkende. Op zijn virtual reality trainer
hield Matsumoto zijn oog gericht op de monitor met
zichzelf als zijn eigen tegenstander. Overvloedig zwetend
racete hij achter zichzelf aan, en wist een recordtijd
neer te zetten aan de finish van zijn korte traject. Maar
of we zo al fietsend contact met het negentiende-eeuwse
natuurnarcisme van de Victorianen en Amerikaanse
natuurdichters krijgen is de vraag. Je doet je oefeningen
op je fiets, en als het nodig is, laat je je door de
computer in je sportieve ambities verder leiden, maar het
moet natuurlijk wel leiden naar die verloren gegane
negentiende-eeuwse glamour die je terugvindt in de
confrontatie met jezelf. Want dat is de manier voor dit
ultieme narcisme: de blik van over je schouder, niet naar
de monitor maar die zijdelingse blik op de spiegel naast
je, of op de weerspiegelende vensterruit. Een beschroomde
blik die inderdaad intellectueel geladen moet zijn, om zo
de verdere horizonten te zien die daar wenken. De fiets
als bindend middel. Het herkennen van het intellectuele
narcisme van Thoreau en Emerson, waar een negentiende-eeuws
mannelijk triomfalisme nog gelieerd wordt aan een
ingetogen vrouwelijk bewustzijn.
Een multiculti PS: De burqua
The Ladies zijn weer terug en ze schittteren in de
kleding en de sfeer die Solomon ze gegeven heeft. De geest
van Vermeer, Swann en de dames uit de omgeving van
Koningin Victoria genereren een beeld van de nieuwe mens,
met of zonder een fiets. Maar als ik dit schrijf, ligt er
een foto van Maurice Boyer uit de NRC van 26 april 2003
op mijn tafel, waarin een in een zwarte burqua gehuld
meisje tegen het bannen van deze gelaatsbedeking op school
protest aantekent.Haar kleding getuigt van eenzelfde precisie en verfijning als waar de Vermeer-meiden van Solomon van getuigden. Tegelijk ook
roept het de spanning op van iets irreëels: een jong meisje
dat door de multi-culturele shock gedreven, werkelijk een
terugkeer naar Victoriaanse tijden realiseert. Solomon
speelt een artistiek noodzakelijk spel, dit meisje ook.
Alleen, Solomon weet het, dit meisje is zich van geen
dubbele bodem bewust. Voor wie de twintigste-eeuwse
artistieke avant-garde-ideologie en moderne kunst kent is
het zien van dit beeld van een even gruwelijke als
fragiele schoonheid. Hier wordt een van de sterkste
toetsstenen van de twintigste-eeuwse kunst, te weten het
zwarte vierkant van Malevich, dat voor de kunst zo lang
een artistiek-religieuze betekenis heeft gehad, door dit
met haar opgeheven vinger gebarende meisje als het ware
van al zijn betekenis ontdaan. Haar icoon blijkt van een
nog veel verbazingwekkender kracht dan ooit aan Malevich'
werk is toegeschreven.
Ik kijk uit naar een volgend project waarin Solomon en
dit meisje zich gezamenlijk presenteren. Leve de in burqua
geklede studente, leve de in haar boudoir scherp
aanzettende Gourmet Cycling Lady!