Het vraagteken is betekenisvol, het is aarzelend geplaatst. Stilaan duurt al veertien jaren, sedert haar eerste expositie in Hoboken (B) Duidelijk betekent over- zichzelf-sprekend. De wereld is goeddeels in kaart gebracht. Van Kerckhoven is nu haar eigen autobiografische positie aan het bepalen. Langs een lange omweg - maar dat weet je pas achteraf - komt ze bij zichzelf uit. Wat ze jaren terug sporadisch als slogan beleed (in de Xerox-catalogus A woman looks at a man's world) wordt nu met data ingevuld.
Verdeel en Heers heet haar jongste opstelling, met videomonitoren en beschilderde panelen in een pvc-variant en Liza Minellis Maybe this time (I win) pijnlijk vertraagd op de klankband. Dit is het voorlopige eindstadium, een losse architectuur van visualia. Omdat de continue bekijkbaarheid een afgemeten ritueel van opeenvolgende en bijeenpassende beelden onmogelijk maak, heb ik de installatie zo geconcipieerd dat ze op elk moment en op elk punt enig is (avk, april ‘89). Het geheel is een ruimtelijke uitvergroting van tekeningen van lang geleden. Daar zie je nonsensikale' vormen, verspreid over een blad papier, analyses van een gemoedstoestand die niets met elkaar gemeen hebben, tenzij dan dat gemoed en de ruimte waarin ze getekend zijn.
De 2 en de 3
De tentoonstelling Verdeel en Heers is verdeeld over twee ruimten: een met drie schilderijen. Zon, Aarde en Maan en een met 'ontdubbelde’ videobeelden, te bereiken via een smalle doorgang waarin cultvoorwerpen staan. De schilderijen bestaan telkens uit twee luiken, waarvan het onderste deel plat op de grond ligt en het andere deel tegen de muur staat. De verf is in compartimenten op een monochrome ondergrond van kunststof aangebracht. De Aarde: man en vrouw gekoppeld, een swastika voor de mensenreligie. De Zon: oorsprong, oerkracht, verblinding. De Maan: vrouw, verbeelding.
De video-opstelling heeft eveneens een tweedeling, maar deze is niet zo ondubbelzinnig als die van de schilderijen. Een podium met opstaande wanden deelt de 'videoruimte' in tweeën. De podiumruimte, die op zijn beurt weer in twee nissen is verdeeld, heeft verschillende kleuren, gebaseerd op de leer van de Rozenkruisers. Op de zijwand van het podium wordt een computermetamorfose van gezichten (systeem Keyaba) geprojecteerd.
Aan de korte wand van de ene helft van de videoruimte 'hangt' een 'vrouw' in lederen tuig, gekooid in een gekantelde monitor. Voor de andere korte wand staan aan de uiteinden van een verweerde tafel, met de ruggen naar elkaar, twee monitoren, die met floerse en subjectivistische Wanderlust beelden van zon, maan en kastelen verspreiden. Verderop in de ruimte tonen nog twee monitoren - met het scherm naar boven en tegen elkaar gezet als de beeltenis van een speelkaart - een inventaris van cultruimten gevolgd door een soort mefisto die een bezwerende dans uitvoert voor een vervallen kasteel.
Een basisbegrip in de opstelling Verdeel en Heers is de Vijfde Kracht, een term uit de fysica, die door Van Kerckhoven zinnebeeldig wordt toegepast. Zo draagt de 16mm animatiefilm die op de twee op de grond liggende monitoren is te zien dezelfde titel. De film bestaat uit vignetten die met een snelle usp-computer zijn gemaakt. De motieven waren aanvankelijk in een mandala-configuratie geschikt, een cirkel met middelpunt, een compacte kosmogonie die bij C G. Jung therapeutische waarde krijgt. De vrouw staat in het centrum, daaromheen cirkelen de symbolische thema's bomen, kastelen, mannen en paarden die ook in Van Kerckhovens vroegere werk verschijnen en verdwijnen. Haar videotape Hier woont mijn huis uit 1986 exploreert het ouderlijk huis annex feestzaal voor banketten waar de kinderen niet voor de voeten hepen en met de koks aan tafel gingen. De symboliek is klaar: paarden betekenen de bruikbare natuur, niet de natuur die getemd moet worden: bomen leiden een autonoom leven volgens een onafhankelijk ritme van dag en nacht, seizoenen en planeten; de man is de wederhelft, de reden van bestaan en - zoals nog blijken zal - in politiek opzicht de meest dubieuze factor in deze constellatie. V&mrit het standpunt van de vier polen is het alsof de vrouw in haar immobiliteit steeds andere schijngestalten van zichzelf laat zien, alsof ze zich ronddraait om zich van alle zijden te laten bewonderen. Een zorgende, vertrouwen wekkende functie die slechts een illusie is van het centrum, schrijft Annemie van Kerckhoven.
Ontdubbeld
De grondfiguur wordt semantisch en plastisch ontdubbeld. Wanneer je de polen combineert, vind je dynamische principes: paarden en mannen werken of voeren oorlog; kastelen en bomen scheppen een rustige en zelfs behoudende omgeving. Bovendien geldt de invloed van de hemellichamen aarde, zon, maan die elk op de geschilderde tweeluiken in de ingangsruimte worden geïnterpreteerd. De maan is het vrouwelijke principe van de verbeelding, laat de mannen werken, laat de vrouwen dromen. De zon schijnt haar harde licht over de werkelijkheid, ze verlicht maar verblindt ook. de vuurbal keert zich om in een alchemistische zwarte zon (met de compiler kan je een kleurvlak in een handomdraai laten flippen in zijn tegendeel).
Op de twee monitoren met hun beeldbuis naar boven, zie je, als je snel kijkt, een catalogus van bekende cultruimten waar zowel goede als slechte rituelen plaatsvinden; kerken, en crypten van Tempeliers en Rozenkruisers tot en met die van deWaffen-ss toe. Een erudietedocumentatie over het occultisme. Van Kerckhoven maakt soms oneerbiedige kruisverbindingen tussen wereldbeelden die doctrinair met elkaar vloeken maar vormelijk verwant zijn. Maar die associaties zijn enkel uit haar werktekeningen af te lezen.
Sommige symbolen in haar werk zijn redelijk te duiden. In 1988 tekende Annemie van Kerckhoven het personage van de paalvrouw, bewaarde het in het computergeheugen en vond het op het juiste ogenblik als bij toeval terug. Dat doet niets af aan de eenheid van haar stijl, integendeel: De compiler strijkt gbd wat je op verschilbnde ogenblikken en in verschillende stemmingen maakt, de machine uniformiseert het tot mijn eigen essentiële taal. Nu beschouwt ze de paalvrouw als een soort van alter ego, iemand die tegen beter weten doorzet. Maybe this time I win is de terechte verwachting.
Annemie van Kerckhoven is een van de zeldzame Belgische kunstenaars die vlot met uiteenlopende middelen werkt en bijvoorbeeld met de computer nog iets meer doet dan painten of hrushen. Ze is allicht de enige die met vectoriële technieken (van het Keyaloa-procédé) overweg kan. Die aanleg kreeg tot nu toe nauwelijks erkenning. Dat heeft in de eerste plaats een economische reden, kunst zoals die nu bedreven wordt is een mannenaangelegenheid. Uit die ervaring kwam ooit een griezelige prent voort: Warhol, Beuys en Duchamp, hun penissen met ringen aan elkaar geklonken.
Fixe is Fout
Van Kerckhoven maakt het zichzelf met haar typische esthetiek, inspiratie en achtergrond niet makkelijker.
Tijdens de jaren tachtig gaf ze samen met levensgezel Danny Devos het artistieke opinieblad Force Mentale uit dat inmiddels op zijn laatste benen loopt. De titel was pamflettair, de opmaak hard in zwart en wit. de inhoud tolerant en daarom des te controversiëler. Een typisch produkt van de loodzware Belgische cultuur, meent Van Kerckhoven, want ben je al eens in de herfst in de Ardennen geweest? Haar (video-(installaties beschouwt ze ook als een lay-out, een nevenschikking van tekst en beeld. Haar geëxposeerde of gepubliceerde teksten zijn ongetwijfeld didactisch van inslag maar vaak te gecondenseerd voor een vlot begrip. Devos en Van Kerckhoven zijn waarschijnlijk voorgoed gestigmatiseerd door wat ze vanaf 1981 in hun Club Moral in Antwerpen heten gebeuren. Radicale performances die soms ook ziekelijk, afstotelijk, zum kotzen waren. Ze nemen er geen woord van terug, want waarom zouden zij censureren wat elders als des duivels werd gebrandmerkt. Bovendien hebben weinigen de Club Moral-sessies bijgewoond maar is er des te meer over geroddeld. Club Moral is onschadelijk gemaakt door de epigonen, maar blijft voor de initiatiefnemers een manifestatie van hyper-consequentie. Eerlijkheid en principei’astheid veronderstellen datje ndiefbent, een vorm van sadisme en ruwheid die op den duur afstoot zegt Annemie van Kerckhoven.
Essentieel is haar verzet tegen eendimensionaliteit, dat is ook Verdeel en Heers aan te zien. Hoe kun je vandaag de dag nog in een laag denken, in een fixe wereldbeeld, waarin bijvoorbeeld alleen maar het mooie en harmonieuze aandacht krijgt? Unde malum? (Waar blijf je dan met het slechte?) vroeg ze in De Ver Uitersten, een dambord-schilderij uit 1985 met een animatiefilm van 5 minuten. Ad nauseam / homo buda / o altitudina divinitatis / unde malum? (Tot kotsens toe / de mens is een zeepbel (vonden de jezuïeten al) / je kunt je er op goddelijke hoogte boven stellen / maar waar blijf je dan met het kwade dat onmiskenbaar woekert?) De vraag stellen mag, ze met exploratiemateriaal beantwoorden is taboe.