Noortje Marres 1 jan 1998

Embrace Space

over de onbegrensde mogelijkheden van NASA, het universum, Hollywood en de underdog.

Voici l'anticipation, la plus folle et la plus imaginaire sous les apparats du realisme.

Jules Verne

Vergroot

Embrace Space -

Foto: Giselle de Oliveira

Wat gebeurt er als 'onbegrensde mogelijkheden' je context zijn? De onbegrensde mogelijkheden van de technologie of de onbegrensdheid van de lege ruimte - outer space? In Embrace Space staat NASA tegenover de underdog; het grenzeloos vertrouwen in de technologie tegenover paranoia om de even grenzenloze mogelijkheden tot misleiding. Wie geloven we, en waarom? De plaatjes die NASA naar Planeet Aarde zendt of Capricorn-1? Of omarmen we zelf outer space en haar onbegrensde mogelijkheden: er is nog niets ontdekt, alles is mogelijk...

Denk aan grenzeloze vergezichten waar je van binnen helemaal vredig van wordt. Aan gewichtloosheid die je overmant tot op het punt waar elke herinnering aan tegenslag verdwenen is. Waar ik heen wil is dit: de ruimte vraagt ons om van onbegrensde mogelijkheden uit te gaan. In de ruimte kan in principe alles. Wie weet welke onvoorstelbare gebeurtenissen zich nog voor zullen doen. En wie weet waar technologie ons toe in staat zal stellen.

Voor je het gevoel krijgt dat hier het zoveelste metafysische bedje voor je gespreid wordt, zal ik het hebben over de manier waarop de ruimte ons die grenzeloosheid opdringt. Dat is namelijk een veel minder esoterische toestand dan op het eerste gezicht lijkt. Hoe doet ze dat? Via plaatjes. Donkerte met lichtpuntjes, het oppervlak van de maan, Starship Enterprise, een astronaut die een satelliet repareert etc. Het is bovenal beeldmateriaal dat erin slaagt de suggestie te wekken dat het heelal heel dichtbij is. In ieder geval beter dan de uitgestrektheid daarboven die overdag niet eens te zien is en 's avonds meestal achter gordijnen of lichtvervuiling verstopt blijft. De hemel is bovendien pas in tweede instantie in staat tot wat die plaatjes voor elkaar krijgen: ons te doen geloven dat we daarboven rond zouden kunnen zweven.

De onbegrensde mogelijkheden van de ruimte zijn mogelijkheden die door apparaten ontsloten worden. Vanaf dit moment overlappen de mysteries van het universum met de wonderen der technologie. We betreden een terrein waar de grenzeloze mogelijkheden van de natuur vervloeien met die van het menselijk kunnen. De beslissende vraag wordt dan over wiens en wat voor een menselijk kunnen we het hebben. Het praktisch inzicht van een handjevol ingenieurs in Californië? En: wat doen mensen die in principe alles zullen kunnen?

Maar we gaan te snel. Aan degene die denkt met apparatuur de enig feitelijke sleutel tot de ruimte in handen te hebben, openbaart zich eerst nog een ander soort van grenzeloze mogelijkheid: die van misleiding. Wie naar een plaatje kijkt, is helemaal niet in de ruimte.

Universal Studio's

De maanlanding is opgenomen in de Universal Studio's en de Mir staat in werkelijkheid in de steppe van Siberië: de geruchten de set-up die de bemande ruimtevaart zou zijn, zijn welbekend. In de film Capricorn-1 (1977) faket NASA een Mars-missie. De raket wordt gewoon gelanceerd, de astronauten zijn er alleen vlak daarvoor uitgehaald. Ze worden overgevlogen naar een studio in Arizona om daar in een live-uitzending de eerste stappen te zetten op een Mars-oppervlak van piepschuim. Het interessante is dat dit soort vermoedens hoofdzakelijk in films expliciet gemaakt worden. Beelden tegen de beelden die weigeren om misleidingen zichtbaar te maken. Natuurlijk tast niet alleen Hollywood de onbegrensde mogelijkheden van de misleiding af: de KGB heeft er net zo goed een handje van. In 1957 werd er voor het eerst in de geschiedenis een dier de ruimte in geschoten, het hondje Laika. De missie verliep prima, Laika is echt in de ruimte geweest. Alleen kwam het terug op aarde helemaal zwart geblakerd uit de capsule gerold. Het hittescherm was verkeerd bevestigd, dus bij binnenkomst in de aardse atmosfeer werd het geroosterd. De KGB haalde een wisseltruc uit en diezelfde avond stond er een springlevend hondje op de voorpagina. Maar de wisseltruc is aan die foto zelf niet af te lezen.

Wat een film als Capricorn-1 over het hoofd ziet, is dat het publiek niet de enige is die alleen indirect met de ruimte in aanraking komt. Ook wanneer NASA, sterker nog, de astronaut daarboven contact maakt met de ruimte, is er sprake van bemiddeling. Mission Control moet het net zo goed met lange-afstand signalen doen. En tussen de astronaut en de ruimte zit altijd een life-support-system. Ruimtepakken maken dat het bereik van tast, zicht, smaak en gehoor van de astronaut beperkt is tot de binnenkant van het pak. Het enige zintuig dat overblijft zijn z'n ogen en daar zit plexiglas voor. Niet alleen de plaatjeskijker, ook de astronaut heeft uitsluitend met zijn ogen toegang tot de ruimte. Alleen van de afwezigheid van zwaartekracht kan je zeggen dat de astronaut die direct registreert. Maar wat met voor een zintuig doet ie dat?

Contact met de ruimte is zo goed als zonder uitzondering indirect. De mogelijkheid, ik herhaal, mogelijkheid, van misleiding ligt altijd open. Wat de ruimte betreft is paranoia sowieso gerechtvaardigd. En trouwens: de onbegrensde mogelijkheden van de misleiding? Dat is de voorwaarde waarop ruimtevaart überhaupt van de grond gekomen is. Ruimtevaart werd pas mogelijk op het moment dat een missie van a tot z op aarde uitgevoerd kon worden. Toen John Glenn in 1962 tijdens een van de eerste Amerikaanse bemande missies terugkwam van 3 banen om de aarde, werd hem de onvermijdelijke vraag gesteld: and how did you feel then? Zijn antwoord: as if I had seen it all before (because of the training in the simulation machine). Dit is niet iets om verontwaardigd over te doen. Je hoeft zijn woorden niet als teleurstelling op te vatten: Glenn gaat binnenkort opnieuw de ruimte in. In Life en Time kan je hem zien trappelen van ongeduld.

Wat is het verschil tussen NASA's en Capricorn-1's onbegrensde mogelijkheden van misleiding? Het verschil is dat NASA in plaatjes gelooft en Capricorn eigenlijk niet. Capricorn laat zien dat er op lange-afstand signalen geen peil te trekken valt. NASA trekt al haar peilen erop, ze durft signalen voor de werkelijkheid aan te zien. Ze moet ook wel: waar is een astronaut zonder Mission Control? (De aard van het hostile environment van de ruimte leent zich er ook uitstekend voor dat wat hier op aarde voorzien wordt, daar werkt: geen mensen en andere complexe organische systemen die onverwachts in de weg gaan lopen. De enig aanwezige lichamen beschrijven mechanische banen.) NASA kan zich erop voor laten staan dat ze op basis van bemiddelde signalen, alle factoren die van invloed zijn in modellen kan organiseren. Dat is terecht. Wanneer een missie slaagt heeft NASA haar voorzover we weten op aarde perfect gesimuleerd. Perfect wil zeggen: er zijn geen aanwijsbare grenzen aan haar kunnen. Nergens botst de misleiding met de werkelijkheid. Een van NASA's slogans luidt: out here there are no stop signs. Capricorn-1 maakt er juist iets verschrikkelijks van dat misleiding geen grenzen kent zolang ze niet ten val komt. Tot op dat moment hangen het publiek en de astronaut als marionetten aan de touwtjes van de set-up.

In Capricorn-1 vervloekt een NASA-bobo op een moment van zwakte zijn eigen onderneming: it's too big, it's out of control. Maar als er iemand out of control is dan zijn het natuurlijk de astronauten en het publiek in deze film, niet NASA. Zij laten zich neppen, terwijl NASA moeiteloos de overstap maakt van een onbegrensd kunnen inzake de ruimtevaart naar een ongekende competentie in volksverlakkerij. Capricorn bevestigt precies wat NASA van zichzelf ook al zegt: dat ze in principe tot perfecte controle in staat is. Er is niets waarvan je bij voorbaat kunt zeggen dat ze het nooit zal kunnen. Natuurlijk wordt NASA in Capricorn uiteindelijk wel een halt toegeroepen. De leugen wordt ontmaskerd, aan de mogelijkheden van misleiding wordt voor deze ene keer een grens gesteld. Het is de enige manier waarop de underdog in Capricorn-1 kan winnen. Maar afgezien van deze uitzondering blijft misleiding gewoon op de loer liggen. Altijd.

Iets om naar uit te kijken

Wat nu. Zijn onbegrensde mogelijkheden nou om te juichen of niet? Moeten we er soms waanzinnig van worden? In Dark Star (1974) worden de grenzeloze mogelijkheden van de ruimte als hoogst irritant afgeschilderd, alleen goed voor chronische zenuwaandoeningen. Een groepje verdwaalde astronauten legt er dagelijks duizenden lichtjaren af en ondertussen vervelen ze zich de pleuris. Alle onbegrensde mogelijkheden van de wereld helpen hen niet van hun misère af, ze zijn er eerder de oorzaak van. Zo ook de grootste troef van de onbegrensde mogelijkheden, die van buitenaards leven. Wanneer een van de astronauten het lef heeft om voor te stellen maar weer eens naar intelligente wezens op zoek te gaan, wordt hij afgebekt: Remember when we discovered that 99% probability of life in the horse-nebulae sector? We found a mindless vegetable that looked like a limbed balloon. 64 lightyears for a vegetable. Don't give me that kind of bull. De alien – een roze bal op kippenpoten – loopt ze tijdens de rest van de film continu in de weg.

Dark Star is wel bestempeld als het sarcastische weerwoord op A Space Odyssee, een parodie op de standaard-logica van de ruimte. In plaats dat de onbegrensde mogelijkheden nog verkend moeten worden, zijn ze er allemaal al gerealiseerd. De astronauten hoeven maar één vinger naar een onbegrensde mogelijkheid uit te steken en ze zitten voorgoed opgescheept met de verwerkelijking ervan. Op deze manier brengt Dark Star een van de grootste bedreigingen voor de bemande ruimtevaart in beeld: het gevaar dat er in de ruimte misschien wel niets te doen valt. Waarom denk je dat Apollo-astronauten op de maan een potje zijn gaan golfen? NASA moet enorm haar best doen om overtuigende bezigheden te verzinnen. Ze heeft de afgelopen maanden als een gek moeten lobbyen om wetenschappers zo ver te krijgen om onderzoek te gaan doen in het International Space Station (the largest international peacetime scientific program in history! Lancering: oktober 1998). Toen de biologische en chemische laboratoria allang gebouwd waren, waren er nog nauwelijks onderzoeksvoorstellen binnen. NASA heeft honderden brieven de wereld rond gestuurd: wat gebeurt er wanneer een kwartel in gewichtloosheid uit een ei moet zien te kruipen? Iemand geïnteresseerd?

Als het zo is dat er in de ruimte vooralsnog nauwelijks iets te doen is, wordt duidelijk waarom onbegrensde mogelijkheden zo cruciaal zijn. NASA-wetenschapper Eric Chaisson formuleert het zo: NASA blijft voorlopig een PR-bureau met een space agency als onderafdeling en niet andersom. Haar campagnes dienen ertoe de belofte levend te houden dat er binnenkort van alles te doen zal zijn. Ze staat continu op het punt van verwerkelijking: de eerste toeristische initiatieven zijn al in ontwikkeling en binnen 10 jaar delven we op de maan naar grondstoffen. Op deze manier geven onbegrensde mogelijkheden injecties tot ondernemingsdrang, en geen aanleiding tot gelanterfant. Met de belofte schitterend aan de horizon, kan NASA juist in hard werken de kiem van onbegrensde mogelijkheden leggen. Eigenlijk hebben de golfende Apollo-astronauten het heel erg druk gehad: During the 3-day flight to the moon the Apollo-astronauts kept busy: checklist, observation, housekeeping.

Daarnaast verheugt NASA zich over het feit dat ze in haar inspanningen gesteund wordt door het heelal. Ze benadrukt geregeld dat ze over de jaren een vruchtbaar samenwerkingsverband met de natuur heeft weten op te bouwen. Allebei brengen ze wonderen voort, en waar de een teleurstelt, vult de ander aan: Of course there's intelligent life on Mars, we put it there (aldus NASA's industriële partner, Lockheed Martin). De natuur draagt bij aan de presentatie. Planeten bij andere sterren, pasgeboren sterrenstelsels: welcome to the greatest show in the universe. Het heelal is een expert op het gebied van grenzeloze mogelijkheden die nog onbereikbaar zijn maar die je wel al voelt komen. De beelden brengen even een glimp van onbegrensdheid heel dichtbij, en daarna gaat de deksel snel weer op de pot. Ze zijn een wondermiddel tegen precies die algehele gelatenheid waar de Dark Star-astronauten zo onder lijden: voor een ogenblik doorbreken ze de dagelijkse stand van zaken van een omgeving die altijd al gerealiseerd is.

NASA overtuigt ons dat Dark Star het mis heeft: de ruimte en haar onbegrensde mogelijkheden zijn goed voor de levenslust. NASA's ruimtevaart legt de mogelijkheden van menselijk kunnen in het verlengde van de oneindigheid die de natuur te bieden heeft. Wie weet welke onvoorstelbare gebeurtenissen de natuur nog verborgen houdt. En wie weet waar technologie ons toe in staat zal stellen. De ruimtevaart overtuigt het meest wanneer het haar lukt die tweede verwachting met de magie van de eerste te upgraden.

Maar de underdog pakt het anders aan. In zijn ruimte-fantasieën, in al die dromen over de ruimte die alleen in de media bestaan, wordt de grenzeloosheid van de natuur niet ingezet om eigen kunnen op te waarderen, maar om de afwachtende underdog gelijk te zien krijgen. Everythink is different to what anyone of this world of today thinks. That sky is all different. De ruimte dient als levend bewijs voor onbegrensde mogelijkheden van een andere hoge orde. Het zal ons de doorgestoken kaart van de menselijke schijnbeheersing doen doorzien. De underdog kijkt uit naar het moment waarop NASA ervan terug moet komen dat wonderen voortkomen uit maanden in beslagnemende berekeningen en eindeloos gepruts aan zonnepanelen. If those people from Mars communicate with people of this earth people won't be able to do their work properly. Waar NASA afgaat op wat ze allemaal wel weet, vertrouwt de underdog op wat hij allemaal niet weet. We kunnen het nog niet zien, maar we voelen het komen. Andere onbegrensdheid, dat is wat er eigenlijk aan de hand is.

Het tergende is dat we op wat er eigenlijk aan de hand is alleen maar kunnen wachten. Lekker tergend misschien, maar wel om zenuwachtig van te worden. In films krijgen ophopende zenuwen over het algemeen uiteindelijk hun ontlading, maar je moet er wel eerst anderhalf uur naar uitkijken. Zoals de slachtoffers van de misleidingen van Capricorn-1 moeten wachten totdat ze de set-up doorzien voor ze in daadkrachtige types kunnen veranderen. Meestal is de underdog vooralsnog passief, delegeert hij zijn onvoorstelbaar ware gebeurtenissen aan een andere hogere macht. Maar er zijn uitzonderingen. Zie hier een underdog die de daad bij het woord - bij het onbegrensde beeld - voegt: the Association for Autonomous Astronauts. Een stelletje stedelijke guerrilla's die zich voorbereiden om op hun eigen houtje de ruimte in te gaan. An independent space exploration program represents the struggle for emancipatory applications for technology. Een underdog begiftigd met onbegrensd kunnen!? Het is niet te geloven.

De Methode van Onevenredige Verbazing

De Autonomous Astronauts hebben in de gaten dat technologische beheersing en een andere orde van onvoorstelbaarheid elkaar niet wederzijds uitsluiten. Daarmee vullen ze een gat in de markt. Want NASA ontkent die andere orde uiteindelijk bestaansrecht. Ze laat anderen weliswaar hard meewerken, maar als het erop aankomt heeft alles en iedereen zich naar NASA te schikken. Onze eigen Wubbo Ockels heeft het aan den lijve ondervonden. Eén keer deed hij iets uit zichzelf en niet op gezag van NASA en meteen was het met Ockels afgelopen in de ruimte. Toen hij in de Space Shuttle via NASA's radio, contact had met ESTEC in Noordwijk heeft hij zes woorden Nederlands gesproken. Hij vroeg: Jan, hoe moest dat ook alweer? Bij terugkomst kreeg hij een kort geding aan zijn broek. De aanklacht: illegal communications operations.

De Autonomous Astronauts geloven in een eigen onbegrensd kunnen totdat het tegendeel bewezen is. Ze zien werkelijkheidswaarde in zelf gefrabriceerde beelden. Zoals ik al zei is dat een noodzakelijke voorwaarde voor de ruimtevaart. Eigenlijk heb je natuurlijk een paraat militair-industrieel apparaat nodig om ervan uit te kunnen gaan dat wat je wilt ook kan. Eigenlijk maken de Autonomous Astronauts zichzelf belachelijk door zonder die back-up op eigen kunnen te vertrouwen. Maar luister naar een tip van Dr. Peter Creola, de voorzitter van het Long Term Space Policy Committee van ESA (European Space Agency). Hij heeft een volstrekt respectabele formule ontwikkeld om lange-termijn-toekomst-voorspellingen te genereren, the method of proportionate astonishment. Hij gaat als volgt: stel je voor dat de behoorlijk geschifte bouwers van de eerste bemande vliegende vliegmachine (1901), de gebroeders Lebaudy, zich enorm zouden verbazen over een Boeing 747. Now you ask yourself a question: what type of transport, one century from now, will cause a proportionate degree of astonishment? Wanneer we de formule nu op het domein van onbegrensde mogelijkheden loslaten, kunnen we de evenredige graad van verbazing best door een onevenredige vervangen. Dan liggen belachelijke plannen ineens binnen het bereik.

Literatuur:

- Dr. Peter Creola, Space Visions for the 21st Century, Keynote adress, Symposium Kuffner Sternwarte, Vienna, 1997.

- Heiken Grant e.a., Lunar Sourcebook: A User's Guide to the Moon, Cambridge University Press, Cambridge, 1991

- 'Magnificient Cosmos', in: Scientific American, Volume 9, Number 1, Spring 1998

- Catologus van de expositie Sputnik, Fundacion Arte y Tecnologia, Madrid, 1997

- Jules Verne, De la Terre à la Lune, Garnier-Flammarion, Parijs, 1870.

- Tom Wolfe, The Right Stuff, Jonathan Cape Ltd., Groot Britannië, 1980.

- Sarah Simons (ed. and transcription), No One May Ever Have the Same Knowledge Again, Letters to the Mount Wilson Observatory 1915-1935, published by the Trustees of the Museum of Jurassic Technology, LA.

Film:

- Capricorn-1, Peter Hyams, 1977.

- Dark Star, John Carpenter, 1974.

- The American Space Odyssee, The History of American Space Exploration, Original NASA Films, Volume 2, TALAS, 1993.

AAA: www.uncarved.org/aaa.html