Pastoors en dominees maken zich inmiddels al decennia zorgen over het leegstromen van de kerken. De moderne stedelingen lijken de verhalen van de bijbel te hebben ingeruild voorde trash \an de televisie. Het Grote Christelijke Tijdperk is dan wel voorbij, maar dit betekent nog niet het einde van het religieuze. Haar basiselementen: mythologie, ritueel en verwijzingen naar het Hogere, hebben zich een vaste plaats veroverd in de televisiewereld.
Net als altijd en overal probeert men nog steeds via rituelen in contact te komen met het Hogere om zo de loop van de natuur, kosmos en sociale verhoudingen tereguleren. De verbinding komt tot stand via een hiïrofanie. Vervulden vroeger de kerktoren, de totempaal, de heilige berg of de schoorsteen waardoor de Sint afdaalde deze functie, in onze moderne samenleving zijn ze vervangen door de televisie.
De televisie-mythcn maken de wereld begrijpelijk en temmen de chaos door het verleidelijke gevaar en het onmogelijke in simpele verhaalstructuren te vatten. Zo geeft de televisie ons de mogelijkheid op een veilige manier te spelen met de chaos, ons over te geven aan onze geheime verlangens: we kunnen incest plegen, met behulp van magie vijanden onschadelijk maken, ons bezoedelen met het onreine. De televisie-mythologie vormt onze ervaringen, angsten en verlangens. Net als andere mythen gaat het er niet om of men ze gelooft - iedereen weet best dat wat hij gezien heeft slechts fictie is. Tijdens het ritueel echter wordt de mythe beleefd en als reëel ervaren.
The Beast Inside
De televisie-serie The Beauty and the Beast is zo’n moderne mythe die de ervaringen van de twintigste- eeuwse kosmopolieten vormt. Monstersteden zijn beangstigend en bronnen van macht. Waar deze gelokaliseerd zijn, en of ze goed of kwaad zijn, is voor haar inwoners echter onduidelijk. The Beauty and the Beast projecteert ze in een onderwereld, waar menselijke góden met menselijke beslommeringen toch ook nog tijd vinden de onschuldigen, de zwakken zoals wij, te hulp te schieten.
Het verhaal is een amalgaam van bekende religieuze elementen: we treffen de boot van Charon aan, vele demonen, engelen, tovenaars en magiërs. Deze figuren zijn uit hun traditionele context geplukt om als sfcervol decor te dienen voor de avonturen van de protagonist: de Beast. Omdat alles in het verhaal is gemotiveerd door zijn hybridische verschijning, staat dit aspect in onze bespreking centraal, een aspect dat onlosmakelijk verbonden is met het mythologische en het religieuze. De hybride is raadselachtig, monstrueus en onbekend. De verboden incestueuze combinaties van de hybride symboliseren dc macht van het Hogere. We vermoeden dat hij geheime kennis bezit. Graag willen we in zijn kracht delen, maar omdat dit nu eenmaal niet binnen ons aards bereik ligt, boezemt hij ons angst in.
De Beast is half leeuw, half mens, de redder van onschuldige jonge vrouwen in de metro. Wanneer hij zijn Beauty beschermt, rijt hij bezeten brullend haar vijanden in stukken. Hij is geen misdadiger, maar heeft het Beest in zich. Hij belichaamt de onmogelijke incestueuze verbinding. Hij is onclassificeerbaar en is daarom verbannen naar de onderwereld van de chaos. Hij moet afgescheiden blijven van dc gewone mensen, want hij is onrein en er is besmettingsgevaar. Zolang hij in de catacomben onder de stad blijft, valt niemand hem lastig en lijkt hij redelijk normaal. Alleen wanneer hij een uitstapje naar de profane wereld maakt, vertoont hij zijn bovenmenselijke krachten.
Hoe kan deze reddende halfgod toch ook zo woest zijn? Waar komt zijn leeuwedeel vandaan? De Beast is het produkt van twee tegenstrijdige machten: zijn twee vaders. De rustig schakende heerser Father heeft hem opgevoed. Met de kleine Beast op schoot las hij mooie boeken voor, en zo bracht hij hem vele wijsheden bij. Hij is een uitsluitend goed en rechtvaardig, op Abraham lijkend stamhoofd, God van de onderwereld. Zijn tegenhanger is de kwaadaardige Paracelsus, een magiër die met zijn verderfelijke toverpraktijken de Beast- vrucht in een schone maagd heeft geplaatst (1). Zij overleed na drie maanden aan deze onbevlekte ontvangenis, aan de zich ongeduldig een weg naar buiten klauwende Beast.
(1) de biografie van de zestiende-eeuwst Paracelsus verhaalt hoe deze geflipte medicijnenstudent vermaard werd vanwege zijn wonderbaarlijke genezingen. Zijn praktijken maakten hem als mythe onsterfelijk. Het is dus niet vreemd
dat deze magische dokter ook in The Beauty and the Beast opduikt. Het is maar een kleine stap van de gesloten laboratoria waar wetenschappers genetische experimenten uithalen waar de Goden nauwelijks over durven dromen, naar de onderaardse donkere wereld waar hij de Beast creëerde.
Eens regeerden de twee vaders samen over de sacrale onderwereld, maar na de geboorte van de Beast brak er een hevige strijd over zijn opvoeding uit. Paracelsus wilde zijn beestachtige krachten voor snode plannen gebruiken. Father wilde de kleine hiervoor behoeden. Dit leidde tot een breuk in het onderrijk en een opsplitsing van haar bewoners in engelen en demonen. Paracelsus moest voorlopig het onderspit delven, maar de strijd duurt voort.
De Beauty is de bovenwereldlijke minnares en handlanger van de Beast. Ze heeft de macht de onderwereldse krachten op te roepen via haar geheime rituele nachtelijke ontmoetingen met de Beast. Net als haar middeleeuwse tegenhangers, de heksen, lijkt zij voor de buitenwereld een gewoon leven te leiden. Iedere dag gaat zij stipt om half negen naar de District’s Attorny Office. De moderne versie van Maria Magdalena weet daarom precies wie de goeden en de slechten van New York zijn, en seint dit op alleen voor ingewijden beschikbare kanalen door naar dc Beast. Wanneer ze volgens een geheime code op een waterleiding of rioolpijp tikt, weet hij dat ze contact zoekt: Another message!
Als de Beauty zich goed concentreert, beginnen de gordijnen alras te wapperen als teken van een spoedige verschijning van de Beast op haar balkon. Smachtend vallen ze elkaar in de armen. Ze kunnen echter geen te intieme gemeenschap hebben omdat de oer-energie die daarbij vrij zou komen levensgevaarlijk zou zijn voor de Beauty. Met haar treurige cocker spaniel ogen is ze dan wel een beetje Beast (Vincent, you ’re part of mei), maar nog lang niet genoeg om hem aan te kunnen. Ze gaat niet verder dan fluisterend flirten met de Beast.
Tune into Religion!
Door ons met de Beauty te identificeren flirten wij mee, we geven ons over aan het verlangen naar de incestueuze verbinding en naar de afschuwelijke geheime macht van de verbodene. Samen met de Beauty zijn wij gegrepen door het tremendum et fascinosum. Net als zij herkennen wij onszelf in de Beast. Wij zijn een bastaard van natuur en cultuur, geest en lichaam, goed en kwaad. Zoals het de Beast verboden is in de bovenwereld te komen, zo mogen ook wij ons beestachtige nooit tonen en er alleen op symbolische wijze mee omgaan in het relevisie-ritueel.
De metropool is allang geen warme moederschoot meer, maar een efficiënt, rationeel organisme, dat van al het mystieke ontdaan is. Haar onreine, chaotische kinderen duiken onder in het riool en de metro, omdat ze anders worden opgesloten in gevangenissen en inrichtingen. De metropool ontkent het bestaan van haar hybriden. Bovengronds gaat dit haar goed af, maar in de ondergrondse blijft de chaos u'oeden. De stad doet wanhopige pogingen er haar rationele structuur aan op te leggen, met tijdstabellen, videocamera’s en bewegwijzering. Maar de onderwereld ontglipt aan haar macht. Het is dus niet voor niets dat de Beauty en de Beast elkaar in de metro hebben ontmoet.
Op dezelfde manier lijkt de grootsteedse beschaving het religieuze te hebben verbannen. Maar ook dat is alleen voor het zicht verdwenen en ondergronds gegaan. Als je naar The Beauty and the Beast kijkt, participeer je in een tv-ritueel aan een mythe. Wanneer je intunet op de moderne mythe, consumeer je de metropolitane instant-religie. Veel relaxter, sneller en efficiënter dan vroeger, staan wij in contact met onze Goden.